Het hoogtepunt van het najaar bij veel WTC-leden is toch wel Den Hout – Den Hout – Den Hout.
Menige WTC’er geeft in zijn “Wie is Wie-verhaal” zelfs aan dat juist deze tocht één van hun mooiste ritten allertijden is. Nou dat wil toch wat zeggen.
Omdat ik me pas op het allerlaatste heb ingeschreven, heb ik de mail-berichten over de rit gemist, maar via de WTC-app begreep ik dat het gewoon om 08.30 uur verzamelen was bij het oude gemeentehuis.
Dit gold ook voor Martien, maar hij was te laat en moest dus solo naar Den Hout rijden.
Tijdens de rit wordt er bij de WTC altijd gewacht, maar voorafgaand aan de rit nooit.
Onderweg werd ik door Sandra bijgepraat over het reilen en zeilen van de rit en kreeg ik te horen dat de snelste groepen pas rond 09.30 uur vertrokken. Met dit kille natte weer was dat geen pretje, dacht ik nog.
Aangekomen bij de startplaats zag ik al veel WTC-shirtjes tussen de menigte staan. Iedereen zag er goed gesoigneerd uit en er hing een ontspannen maar chaotische sfeer, waarbij iedereen als in een mierennest door elkaar liep. Er moest ook zoveel gebeuren; koffie pakken, startbandje halen, ff fietsen kijken, bijpraten met Jan en alleman, worstenbroodje pakken, eigen fiets nog even checken, nog een bakje koffie ect ect, we hadden het er maar druk mee….
Tussen de mierenhoop zag ik ook Wim Rasenberg scharellen met een z’n mooi glimmend gepoetste fiets. Hij zag er wat nerveus uit, wellicht toch wat gespannen voor de tocht?
Rond 09.00 uur heette Gerard ons welkom en kon iedereen met de zege van de pastoor vertrekken. De pastoor had het oa over zelfbeheersing. Een groot goed als je het mij vraagt, maar met een hartslag van 180 tijdens het fietsen niet altijd even eenvoudig.
De WTC sportgroep zou als laatste vertrekken. De groep die net voor ons vertrok was de sportgroep van Velo Amice. Allemaal mannen met een fiets van boven 10.000 euro en krachtige benen. Ze zagen er toch wel wat gespannen uit. Waarom weet ik niet, maar misschien kwam dit door het natte weer in combinatie met de wetenschap dat ze hard wilden gaan rijden. Zouden ze voldoende zelfbeheersing hebben? Ik weet het niet.
Bij terugkomst enkele uren laten begreep ik dat er iemand hard gevallen was. Beterschap voor deze pechvogel in ieder geval.
Net na 09.30 uur vertrok onze groep. We waren in totaal met 7 WTC’ers te weten John, Martien, Gerben, Chris, Sander en Twan. Ook sloten bij onze groep aan: Gerald van Oerle (zoon van…) en Ruud Stoop (aka Ruud Sloop)
Den Hout uit werd mij al direct duidelijk dat de buienradar geen motregen aangeeft. Helaas word je daar echter wel kletsnat van en het blijvend opspattende water van je voorganger droeg daar alleen nog maar aan bij. Toen we vervolgens de bossen bij Vrachelen in reden werd het ook nog eens akelig donker. De ploegentijdrit in de Vuelta dit jaar was er niets bij. Na Oosterhout werd het gelukkig wat lichter en het tempo kon daardoor wat opgevoerd worden. Bij Bavel kon John het echter even niet bijbenen en waren we hem kwijt. Dit kwam niet zozeer omdat hij de kruissnelheid niet aan kon, maar meer omdat hij veel achteraan reed en steeds vol moest aan zetten na de bocht. Nadat we even afgesproken hadden om na de bocht wat meer zelfbeheersing te tonen door niet direct vol aan te zetten en John zich meer in het midden van de trein positioneerde ging het stukken beter en kon ook John regelmatig zijn kopbeurt afwerken.
Twan reed er lekker ontspannen bij. Deze ontspanning kwam pas na de start, want voor de start was hij te druk met groeten en handjes schudden van iedereen niet hem wel (of niet) kenden. Waar velen hem namelijk zien als de directeur van één de beste AH’s van Nederland, kan hij bij ons gelukkig gewoon heerlijk ontspannen als “De Hamster” rondrijden.
Net na Wortel hadden wij onze eerste stop. Vlak hiervoor werden wat kasseien aangedaan en daardoor voelde ik direct wat speling op mijn balhoofd. John vertelde mij dat hij hetzelfde probleem had. Nadat ik aan de chauffeur van de volgwagen een inbussleutel had gevraagd was dit probleem echter zo verholpen. Ook bij John z’n fiets wilde ik dit probleem verhelpen, echter John weigerde. “Het ging nog wel”, zei hij…
De weg werd voortgezet richting Den Hout (B) en daar aangekomen bleek het, net zoals in Den Hout (NL), ook kermis te zijn. Deze in België was alleen wat groter. Na de traditionele groepsfoto werd de weg vervolgd richting De Kluis in Ulicoten. Daar hebben we heerlijke appeltaart op. Gelukkig zaten we lekker warm binnen. De tour groep probeerden echter het zomergevoel nog wat te verlengen door op het terras te gaan zitten. Brrrrr….. zij liever dan ik.
Ook Ad zag ik op het terras zitten. “Zou hij niet liever met de sport meegaan of heeft hij daar te veel zelfbeheersing voor? schoot door mijn gedachte…
Na Ulicoten waren het de laatste loodjes. Ik voelde me nog prima in orde en ik was niet de enige. Ook Gerald had er nog veel zin en onze zelfbeheersing was nog steeds een valkuil. Gerald nam vrij lange kopbeurten op zich, maar bij Molenschot werd hij voorbij gereden door Sander. En Sander zou Sander niet zijn als hij niet even zichzelf en de rest van peloton volledig in het diep rood liet rijden. Sander had namelijk zijn zinnen gezet op een scooter de erg ver voor ons uitreed en had zijn zelfbeheersing volledig aan de kant geschoven. Hierdoor kwam de snelheid al snel richting de 50 km/h. Chris zijn elastiek stond hierdoor direct onder hoogspanning en dreigde te knappen. De broedermoord van Molenschot kon echter maar net voorkomen worden doordat de scooter afsloeg en het peloton vormde daarom direct weer één geheel. Sanders explosie had echter wel z’n tol geëist. Uitgewrongen stonden we een minuutje later bij de Vijfeikenweg voor het verkeerslicht te wachten. Iedereen moest even bijkomen en dat gold zeker voor Twan die toch al een beetje blauw was aangelopen.
Richting Oosterhout verloor ik zelf maar weer eens mijn zelfbeheersing en besloot ik om nog even aan de boom te rammelen, maar al snel probeerde Gerald mij in te halen. Op de vraag of hij nu nog sneller wilde gaan, antwoordde hij dat hij dacht dat ik overgenomen wilde worden omdat ik onder in de beugels ging. Dat was niet het geval en Gerald ging weer terug in het wiel. Bij Oosterhout had nu iedereen zichzelf een beetje kunnen uitleven en had iedereen definitief zijn zelfbeheersing teruggevonden. We waren er met andere woorden wel zo’n beetje klaar mee. In het bijzonder Chris die, toen de route ons met een lus om Den Hout wees, wanhopig nog riep of we niet gewoon direct Den Hout konden inrijden….
5 minuutjes later reden we Den Hout dan toch binnen en werden we getrakteerd op een lekkere oliebol met een koud pilske. Het was weer een geslaagde rit en in het bijzonder gaat de dankbaarheid uit naar de organisatie die zichtbaar veel tijd en zorg besteed heeft aan de organisatie.
Thais