Alle berichten van Rene van Mook

TT-groep in wind en regen

Vandaag een echte herfstrit. Als ik mijn fiets buiten zet, is het nog droog maar kort daarna vallen de eerste druppels. Dan toch maar het regenjasje van de Decathlon aangetrokken en op pad. Als ik de May binnen rijd, rijden Antoon en Piet voor me. Zo te zien hebben ze hetzelfde tenue aan als ik, dus de keuze zal goed zijn voor de rit van vandaag. Als we met z’n drieen aankomen bij het oude gemeentehuis is er nog helemaal niemand. Gelukkig verandert dat snel en is de opkomst nog redelijk hoog gezien het weer.

Met z’n zessen vertrekken we uiteindelijk voor een rondje richting Meerseldreef.
Ik wil het saaie rechte stuk tussen Wagenberg en Zevenbregschen-Hoek vermijden, maar dan moeten we langs de Haagse Beemden. Voor we bij de Haagse Beemden zijn, hebben we eerst nog de polder tussen de May en Traaie. De wind pal op kop en is het Piet, die met wat elektrische hulp, samen met mij de kop neemt. Het tempo is hoog, eigenlijk te hoog want ik tik al tegen mijn maximale hartslag aan en we moeten dus nog 65km. Gelukkig ben ik niet de enige en Ruud roept of het wat minder kan. Vanaf Terheijden rijden we enigszins wat beschut tegen de wind en rijden we naar de Haagse Beemden.
De fietspaden zijn hier goed, er zijn echter nogal wat verkeerslichten. Piet heeft dat gedeelte wat aangepast en opeens kunnen we gewoon doorrijden want de verkeerslichten worden vermeden. Dat moet ik onthouden, op mijn winterrondje kom ik hier redelijk vaak, maar nog nooit deze route gereden.
We kunnen de Haagse Beemden bijna achter ons laten als Piet lek rijdt. Op zich geen probleem om een achterbandje te vervangen, maar de CO2-pompjes werken niet mee, …of het ventiel; daar zijn de meningen nog over verdeeld. Vier lege patronen tot gevolg en nog geen achterband op druk. “Rijden jullie maar door”, zegt Piet, “ik ga wel even bellen”. Ik vind dat altijd zo lullig. Bovendien zou het de tweede keer in 2 weken zijn dat we iemand achterlaten met een lekke band. Na wat aandringen van Piet rijden we met z’n vijven verder. Een dubbel gevoel bezorgt het mij; aan de ene kant is het samen uit, samen thuis, maar bij materiaalpech en op uitdrukkelijk verzoek van het “slachtoffer” kan de rest wel door. Het wordt een ander verhaal als iemand lichamelijk niet meer vooruit kan. Dan moet je erbij blijven. In ieder geval; het is nooit leuk.
We vervolgen onze weg langs het Liesbosch en door het durpie Effen. Nu nog de wind op kop in het stuk langs de Galderse Meren naar Meerseldreef en dan keren we, om voor de wind uit te rijden. Wat een heerlijk gevoel is dat dan toch.
Ondanks dat we nu voor de wind uit rijden, doen we het toch rustig aan. Bij mij is het beste er wel af en ook Melissa klaagt over slechte benen. Bij Rijen slaan we af en rijden dwars door Surea naar Dorst. Dan volgt alweer snel Oosterhout en Teteringen. Op het rechte stuk in de Teteringse bossen trekt Ruud er opeens vandoor. “Ja, dat moet soms even”, verklaart hij. We nemen de brug bij het pannenkoekenhuis en richting Den Hout gaat Ruud weer.
Ik bungel ergens achteraan, een beetje hersteld van de toch zware kilometers wind tegen. Ik schakel op en ga achter Ruud aan. Met de wind in de rug gaat het bijna als vanzelf en schiet de snelheid door de 40, …45, …50km/h; bij 50,8km/h is het op. Mwah… toch niet slecht!
Vanaf nu is het helemaal uitbollen en na een lange rit (met de lekke band meegerekend) zijn we terug op de May.

Nog 1 laatste rit volgende week en het seizoen 2020 zit er weer op.
Gelukkig maar, zou ik bijna zeggen. De rode leiderstrui verandert je zoals de Ring in Lord of the Rings. Ik heb me tijdens de rit van vandaag soms afgevraagd waar we mee bezig zijn? Wind en regen. Waar doen we het voor? Was ik thuis gebleven als ik niet in het rood had gereden? En ook de app-jes van de Wegkapiteins-appgroep lees ik nu opeens heel anders. Waar ik voorheen alleen bezorgdheid las, lees ik nu een aanval op de rode leiderstrui. Ik citeer: “Het gaat flink regenen, Rene. En het is koud. Zou je niet beter thuis blijven?“.
Ik ga geen namen noemen; da’s niet chique, maar de schrijver van dit bericht is niet zomaar iemand binnen WTC en bovendien kansloos voor een ereplaats in het opkomstklassement voor 2020. Dus, zeg het maar; bezorgdheid of…?

Rene

De Leiderstrui

Wekenlang hang je zo een beetje in de top 4-5, stiekem dromend van de rode Leiderstrui. En dan schuif je naar plek 3, …en dan 2… en dan heb je opeens alleen Flip nog voor je te dulden. En als die er dan op een zondag niet bij is, ben jij de volgende in de rode Leiderstrui. Nachtenlang lig je dan wakker …de Leiderstrui, …tering, …maar zou dat ding mij wel passen? Is er wel een 3XL-versie? Wat als ik een XL-tje aan moet en dan hangend in het shirt pontificaal op de voorpagina van ’t Carillon sta?
Een beetje nerveus rijd ik zondagochtend om 8:15 uur naar het Oude Gemeentehuis.
Het is een beetje fris met een best oostenwindje. Er staan al flink wat renners. Zouden ze wel beseffen wat voor dag het vandaag is? Anyway; voor de TT-groep zie ik nog niet zo heel kandidaten. Bert is er en dan komen ook Sharelle en Tim; die rijden ook met de TT mee. Dan blijkt dat er ook een gastrenner (Erik van Gurp) met ons meerijdt en dat was het wel zo’n beetje. Piet, Antoon en Melissa zijn er niet, Ruud is er niet en Marielle rijdt met de trim mee (om het gebak? ). Dat wordt dus een groepje van 5; ook heel gezellig trouwens.
Om klokslag half 9 komt de voorzitter aangereden en hij beklimt gelijk het spreekgestoelte. Hij weet wat voor speciale dag het vandaag is; hij heeft voor mij de rode Leiderstrui!!
Na een korte speech waar ik niks van heb onthouden, mag ik in de rode Leiderstrui;
verrek, …hij past! Nog even op de foto bij Anneke en Peter en we kunnen onderweg, …
in de rode Leiderstrui!
20200920 Leider Rene van Mook

Met z’n vijven rijden we de May uit richting Den Berg, Bert en ik op kop. Bij Keizersveer gaan we via Peerenboom richting Dussen. Bert is inmiddels afgelost door Tim. Van Peerenboom naar Dussen is een saaie rechte weg en dit keer ook met de wind vol op kop. Tim stelt voor om iets eerder af te slaan en het laatste stukje door Dussen te rijden; dat scheelt wind-technisch toch weer. We passeren het kasteeltje van Dussen en even later dient Babyloniënbroek zich aan. Piet heeft de route zaterdag gereden en heeft alleen bij Babyloniënbroek een stukje moeten gravelen. Zo ook wij, maar die 200m meter is goed te doen. We checken de banden op steentjes en gaan daarna vrolijk verder. De kop wordt afgelost door Erik en Sharelle. Binnen no-time nadert Poederoijen. Ik ben hier vaker met de WTC geweest, maar dan rijden we tegengesteld. Hoe anders dat alles er dan uit ziet, je herkent het nauwelijks. Het is hier trouwens een prachtige omgeving langs de afgedamde Maas.
Met soms meer en dan weer minder wind op kop geeft mijn Garmin bijna 50km aan. We zouden nu toch zo zachtjes aan moet draaien en met de wind mee gaan rijden.
Dan draaien we rechtsaf en zien we heel in de verte de brug van Heusden. Voor de wind uit gaat het in een lekker tempo langs Bern naar de brug toe en na ruim 10 minuten zijn we weer aan de andere kant van het water. Dit is weer bekend terrein. Het wordt ook steeds drukker met renners. Zeker op de dijk in de Overdiepse Polder is het druk. Er haken wat renners bij ons aan, waaronder een vrouwenclubje in het roze (is nooit verkeerd). Er zijn ook clubjes die ons voorbij rijden alsof we stilstaan. Sharelle wil er achteraan en automatisch ga ik ook op de pedalen staan. Een keihard “Nee… die gaan veuls te hard” van Tim en de poging is weer voorbij. Maar goed ook, want ze gaan echt hard. Na een paar minuten zijn ze compleet uit het zicht verdwenen. Bert slaat hier af richting huis. Vanmorgen is ie in alle vroegte samen met Petra op de fiets vertrokken naar de May. Hij heeft zijn kilometers al gemaakt. Bij Waspik passeert ons nog een andere, veel te grote groep wat enige consternatie veroorzaakt op het kruispunt. We gaan rechts en kiezen een alternatieve route naar ’t Veer. De laatste loodjes zijn redelijk zwaar en dus bollen we met z’n vieren gezellig uit tot we weer op de May zijn.

Ik dik het hierboven flink aan, maar als je maart 2018 tegen me had gezegd dat ik eind 2020 wegkapitein van een peleton bij een wielerclub zou zijn en in de rode Leidertrui van het opkomstklassement zou rijden, had ik je voor gek verklaard. Sporten deed ik niet en een fiets had ik 30 jaar lang niet aangeraakt. Tot een lifestyle-coach me aanspoorde om toch wat te gaan doen. Maar wat; …jullie willen dat ik ga bewegen! Tot Edwin Kooijman me onder m’n kont schopte en me voor het blok zette. Ik moest me in 3 maanden voorbereiden op een rit, samen met hem, naar mijn werk van wel 18km.
Mein Gott, …zo ver op de fiets.
Dus, volgens de lifestylecoach en Edwin, beginnen met 5km. Nou ja, de rest is geschiedenis. Deze rode Leiderstrui betekent dus wel iets voor me en daarom; bij leven en welzijn, met nog 3 ritten te gaan, overwintert die rode Leiderstrui mooi in Wagenberg.

Rene

TT Achtmaal was zwaar

Heerlijk fietsweer vanmorgen. Toch heb ik lange mouwen aan. En ‘s-morgens om half 9 is dat nog wel lekker, maar eenmaal halverwege de rit wordt het toch wel warm; duur merinowol of niet. En een redelijk zware tocht zou het toch wel worden.
We hebben de keus tussen een rit van 97km, gemaakt door Peter Broeders en een rit van 87 km door Piet Verkooijen. We gaan uiteindelijk voor de 87 km. Die past beter bij de doelstelling van de TT-ploeg en bovendien rijden we dan tegengesteld aan de Tour-ploeg die ook richting Achtmaal rijdt. We gaan elkaar dus ergens in de buurt van Achtmaal tegen komen.

We vertrekken iets over half negen richting Wagenberg. Bij de rotonde draaien we het mooie dorp in. De Dorpsstraat en Brouwerijstraat zijn niet al te best, maar gelukkig is Wagenberg ook weer niet al te groot. Een paar kilometer buiten Wagenberg hebben we een lekke band te pakken. De achterband van Antoon is plots ineens leeg. De buitenband wordt minutieus gecheckt maar er worden geen onregelmatigheden gevonden. Snel een nieuwe achterband erin, de oude mee in de fietstas en we zijn weer onderweg.
We rijden onder de A16 door en dan is er Prinsenbeek en vervolgens het Liesbos.
Bij Etten-Leur gaan we rechtdoor richting Sprundel.
Piet heeft een groot gedeelte van de route gisteren al gereden, behalve dit stuk. Dat breekt ons behoorlijk op, want net als vorige week moeten we ook nu weer een flink stuk klûnen. Het wordt zelfs zo erg dat we af moeten stappen; daar gaat het zorgvuldig opgebouwde gemiddelde. Na een paar honderd meter lopen, kunnen we weer op de fiets en even voorbij Schijf schuren we de grens met Belgie. Dan volgt Achtmaal en een hele horde oude brommers. Hartsikke mooi om te zien die oude Zündapps en Kreidlers. Ze stinken wel geweldig. Waarom was dat vroeger allemaal geen probleem?
Nog net voor Achtmaal verschijnen inderdaad de renners in de bekende WTC-kleding.

Vanaf hier zit het zwaarste gedeelte van de rit erop en beginnen we de tweede helft met wind mee. Het tempo zit er dus best goed. Misschien iets te goed want het piept en kraakt achterin. “Kan het wat rustiger?”. Natuurlijk kan het rustiger. Daarbij heeft Piet wat kleine probleempjes met de accu van z’n gloednieuwe motor. Uiteindelijk wordt de aansluiting van 1 accu maar los gehaald en kunnen we verder.
Hier is het voor mij nog redelijk onbekend. Pas als we het viaduct over de A16 bij de Galderse Meren over gaan, weet ik weer waar we zijn. Vanaf hier is het een bekende weg naar de May. Met Antoon op kop rijden we Ulvenhout binnen. Het is hier goed opletten over het smalle verhoogde fietspad. Weer een oproep of het wat rustiger kan, de verzuring is al aardig ingetreden. We laten het tempo zakken zodat we allemaal weer een beetje normaal in de May aankomen. De vier bruggetjes die we nog over moeten worden natuurlijk wel steeds zwaarder. Maar we redden het.
Het was een zware rit; 87 km waarbij we in het begin over de 30 km/h rijden. De TT-groep gaat het toch wat rustiger aan doen de komende ritten.
Trouwens, het seizoen zit er bijna op. Na vandaag nog 4 ritten, dus we kunnen langzaam gaan afbouwen.
Aangekomen op de May staat mijn tellertje op 91 km. Naar huis komt daar nog 4km bij, dus ik besluit de 100 km maar vol te maken.
Thuisgekomen check ik eerst het maatlabeltje van mijn fietsshirt; 3XL.

Rene van Mook

De Suikerfabriek

De ene week bestaat de Trim/Tour groep uit 13 renners, vandaag rijden we met z’n zessen. Piet is op de Santos waarvan hij ergens tijdens de rit de accu moet vervangenen; we gaan niet duwen. Verder Ruud, Bert, Marielle, Antoon en ik.
Voor vandaag staat er een rondje Dinteloord op het programma. Voor de route heb ik het Strava-account van Peter Broeders geplunderd. Ik wist me te herinneren dat hij deze rit nog niet zo gek lang geleden ook heeft gereden.
Als we het Raadhuisplein verlaten en de eerste helft van de tocht tegen wind in richting Dinteloord vertrekken, rijden Piet en Antoon op kop. Meteen gaat het met een flink tempo naar Wagenberg en dan Langeweg. Voorbij Langeweg los ik Antoon af op de kop en rijden bij Zwartenberg rechstaf naar Zevenbergen. Vlak voor Zevenbergen komt ons een trio met redelijk wat bombarie voorbij. We haken aan en kunnen het tempo goed volgen. Zo rijden we een gedeelte toch redelijk uit de wind.

Aangekomen op de Huizersdijk/Markdijk/Molendijk worden we verrast door een lange strook gefreesd asfalt. Piet met de brede banden op de Santos, heeft geen problemen, maar de 28 mm op mijn fiets is een ander verhaal. Pas ergens halverwege de weg naar Standaardbuiten is het asfalt weer in orde en kunnen we het tempo weer wat opvoeren.
Na Standdaarbuiten nemen Bert en Ruud de kop en we rijden over wat nieuw asfalt, in ieder geval voor mij, langs de Dintel.

Dan zien we in de verte de suikerfabriek opdoemen. Het gedeelte wind tegen zit er bijna op, maar de Garmin heeft nog niet al te veel kilometers geregistreerd en we moeten dus nog een flinke toer maken voor we daadwerkelijk Dinteloord binnen rijden.
Vanaf hier is het wind mee naar huis. “Mwah,” zegt Piet, “zoveel wind staat er niet”. “Inderdaad, veel wind staat er niet, maarre … …
Na Dinteloord passeren we de suikerfabriek en rijden we Stampersgat binnen. Voorbij Stampersgat nemen we een verkeerde afslag ondanks de aanwijzingen van Piet. Een tweetal dames kijkt ons, verwarde renners, even bezorgd na en eentje vraagt dan of alles wel goed gaat. “Ja hoor, dank je wel” en al snel sluiten we weer bij de rest aan. We rijden nu aan de andere kant van de Dintel richting Oudenbosch.
Opeens weer een bekende die ons tegemoet komt; onze Yuri die een rondje Willemstad rijdt.
We passeren Hoeven en laten Etten-Leur rechts liggen richting de Molen. “Hier gaat het zo mis met de route”, zegt Piet. “Volgens de route moeten we zo een voetpad op”. Uhm, ja, …
ik heb de route van Peter iets aangepast, maar als ik een voetpad geselecteerd heb, heb ik flink zitten slapen. En inderdaad, waar de Garmin ons linksaf wil sturen, kun je nauwelijks met een mountainbike uit de voeten. Gelukkig zijn we op bekend terrein in de buurt van Prinsenbeek.
Na Prinsenbeek volgt de Elsakker en dan via de rotonde bij Zevenbergschen-Hoek weer richting Made. Ik neem de afslag Wagenberg.

Ruud is er de komende 3-4 weken niet bij, Hij gaat op hoogtestage in Limburg.
Bovendien heeft ie dan mooi de tijd om z’n fiets eens goed te wassen. 🙂

Rene

Tour/Trim Gorinchem

Meestal vertrek ik om tien over acht van huis en rijd dan op m’n gemakkie naar de May. Vanmorgen wil ik echter net de poort uitrijden als de telefoon gaat; Bert Timmermans. Hij gaat half 9 niet redden en vraagt of we hem bij de Keizersveerse Brug oppikken. Geen punt natuurlijk.
Een stuk of 9 WTC-ers zijn al vroeg vertrokken voor een lange tocht van 200+km. Tegen half 9 is het dan ook nog steeds vrij rustig bij het oude gemeentehuis. We besluiten 2 groepen te maken; een Trim onder leiding van Petra en Wim en een Tour/Trim die met mij meerijdt. Net als we weg rijden, komen Melissa en Rachel aangesprint; nog net op tijd. Daarmee komt de groep op 13 WTC-ers.

We rijden Made uit richting Raamsdonksveer en Keizersveerse Brug. Voorbij het Dongemond College rijdt een groepje renners voor ons die steevast door het rood knalt. Wij doen dat uiteraard niet; kleine moeite en het scheelt een hoop ergernis van mede-weggebruikers. Bij de Keizersveerse Brug staat Bert inderdaad al te wachten en haakt bij ons aan. Met Antoon en ik op kop gaat het via Peerenboom naar Dussen. Vlak voor we Dussen inrijden ga ik eens kijken met hoeveel we precies zijn en wie er dan allemaal bij is. Prompt wordt er een afslag gemist en is het voor de rest even inhouden tot iedereen weer bij is. Samen met Leo op kop pakken we de weg naar Uppel. Net voorbij Almkerk hebben we de eerste bui te pakken. Voorbij Uppel gaan we rechts richting de Merwedebrug bij Gorinchem. En hier de eerste voorbode; mijn navigatie reageert wat traag, maar gelukkg weet Leo hoe we vanaf Sleeuwijk bij de brug kunnen komen. Over de Merwedebrug houden we links aan en rijden langs het kanaal. Bij Schelluinen gaan we rechts en opeens is het over en uit met de navi; het scherm staat muurvast. Piet en Ruud hebben de route ook, dus door kunnen we toch wel. Ik laat me wat terug zakken en probeer de Garmin weer aan de gang te krijgen. Niks helpt…

Met Piet en Ruud die de weg wijzen, zie ik in ieder geval dat Corne de kop aanvoert door dit, in ieder geval voor mij, onbekende gedeelte van het land. Via Hoogblokland belanden we uiteindelijk in Arkel en daar is het weer richting Gorinchem. Vlak voor Gorinchem hebben we weer een regenbui, deze keer best een fikse. We moeten even stoppen omdat enkele renners een extra jasje aan willen trekken. Ondertussen komt Piet bij mij polshoogte nemen en zegt de Garmin even te resetten. De power-knop net zolang ingedrukt houden totdat ie opnieuw start; “Dat heb ik ook al geprobeerd, Piet, maar dat helpt nie… hee, waarom nu wel?!”. Alsof er niks gebeurd is, is de Garmin weer helemaal bij. De kilometers kloppen, de rijtijd klopt. Vraag niet hoe het kan, profiteer ervan. Even later rijden we door Gorinchem. gelukkig is het er nog niet zo heel druk, maar we moeten hier even langs om weer bij de Merwedebrug te komen. Met Leo en Corne op kop nemen we de Merwedebrug en dan stoppen we weer even. Inmiddels is het droog, de zon schijnt zelfs even en dus gaan er weer jasjes uit.
De brug over gaan we links naar Werkendam. Hier zorg ik nog even voor verwarring, de navi is nog niet helemaal in orde, lijkt me. Al snel zijn we echter weer en route over de Grotewaardweg richting Hank. Samen met Leo houd ik een stevig tempo aan; ik kan niet veel harder (schrap: veel) en na de jachthaven van Hank kruip ik lekker weg ergens achteraan.

Bij Hank gaan we de Keizersveerse Brug over waar we Bert weer afzetten. De stoplichten hebben we nu allemaal mee (karma) en al snel zijn we weer terug op de May

Tot volgende week

Rene

Bijpraattocht naar Chaam

Vandaag staat de bijpraattocht op het programma met daarna koffie en appelgebak (…en slagroom) om bij te praten. Plaats delict is deze keer niet SED in ‘s-Gravenmoer, maar hotel ’t Trefpunt op de May. Peter Broeders was zo vriendelijk om voor ons een route te maken, waarvoor dank.
Het weer is even iets anders dan de vorige ritten en dat merk ik ’s morgens gelijk als ik de achterdeur open. Ik heb m’n zomerkloffie klaarliggen en besluit dat niet te wijzigen, maar er hangen flinke donkere wolken. Als ik tegen half 9 op het Raadhuisplein aankom, zie ik meer WTC-ers in zomertenue, een enkeling heeft een regenjackie aan. Ruud komt aanrijden met lange mouwen en beenwarmers en even later is Bert er ook; en hij weet het zeker; voor we hier wegrijden regent het! Dat belooft wat.

Om half 9 vertrekt eerst de Sport, gevolgd door de Tour en daarna de TrimTour. Alle 3 richting Den Hout. De trimploeg rijdt naar het westen. Bij ons nemen Ruud en Kees de kop, Jan en ik houden achteraan het overzicht. Piet sluit als allerlaatste, op wat gepaste afstand, aan met z’n Specialized. Over de brug bij het Pannenkoekenhuis trekken Jan en ik een sprintje en lossen de kopmannen af. Zo koersen we naar Teteringen en dan de Vraggelse Baan naar Oosterhout. Op deze weg, uitsluitend bestemmingsverkeer, komen we meer auto’s tegen dan het hele voorliggende traject. Wat hebben de bewoners daar veel familie, zeg.
Dan via Oosterhout over de Ketenbaan naar Rijen. Daar steken we de Oude Bredaseweg over (Google Maps zegt “Rijksweg?”) en dan richting vliegveld Gilze-Rijen. “Het is aardig stil achter ons”, zegt Jan. “We hebben ook een redelijk tempo, Jan; 32,4km/h nu!”. “…32!! Oh haha” We horen verder geen klachten en rijden door.
Daarna de A58 over, en dat viaduct is aardig gemeen. Ik geef de koppositie over. Jan (nu samen met, ik meen Kees, gaan nog steeds stug door en met deze wind moeten we achteraan flink bijtrappen. Piet helpt ons een beetje en brengt ons terug naar voren. Ik kom hier niet vaak, maar het is bekend terrein. We beginnen echter bijna aan de nieuwe kilometers.

Het is nog steeds droog als we rechtsaf de bossen van Chaam in draaien. Na een paar bochten ben ik mijn oriëntatie helemaal kwijt en vertrouw enkel op de route op m’n Garmin. Als we even later een weg moeten oversteken, weet ik waar we zijn, maar opeens wijkt de route af van waar we heen rijden en hoor ik verschillende piepjes en klinkt het “Uit koers!”. “Deze kant op”, zegt Piet en niet veel later passeren we Eldorado. Bert heeft het inmiddels redelijk warm gekregen in z’n regenjack. We stoppen even zodat hij het kan uittrekken. Van de nood maken we een deugd door gelijk het banaantje naar binnen te werken. We zijn nog geen 5 minuten weer op pad als de eerste (mot)regen zich aandient. Die motregen duurt niet lang en als we de molen bij ’t Moleneind passeren rijden we vol in de regen. Als we op de Chaamseweg rechtsaf slaan richting Bavel stopt de regen. Na Bavel maken we ook weer nieuwe kilometers over industrieterrein Minervum en een stukje Teteringen. Op de weg terug naar Den Hout, in de Teteringse bossen, is een vrouw aan het hardlopen; en dan bedoel ik hardlopen. Natuurlijk halen we haar wel in, maar dik tegen de 20km/h liep ze zeker. Als de brug bij het Pannenkoekenhuis zich weer aandient, valt de club een beetje stil. Alleen Jan en Kees rijden fris naar boven. “Hier valt nog wel wat te trainen”, zegt Kees, die samen met Jan ook nog even een sprintje trekt naar het bebouwde kombord van Den Hout. Na Den Hout maken we nog een slingertje langs BerryWorld en dan is het met de wind op kop naar de koffie met appelgebak.

De serveersters bij ’t Trefpunt zijn streng. Eerst moeten we de fietsen maar op het raadhuisplein zetten en even later zijn ze er als de kippen bij als je even uit je stoel gaat om te buurten bij de buurman. Misschien ook wel terecht hoor, het zijn vreemde tijden…

Blijf gezond!

Rene

De Trim/Tour naar de Biesbosch

De Trim/Tour.
Het speelt al enkele weken en het lijkt er toch echt van te komen.
Vrijdagavond is het nog even schrikken als na veel app-verkeer blijkt dat bijna de halve trimploeg graag naar de trim/tour wil. Tja, dan kan de trimploeg toch net zo goed wat harder en verder rijden?! Achteraf blijkt dat een beetje te kort door de bocht; er blijven zeker nog genoeg trimmers over. Zaterdagmiddag wordt dus besloten om een trim/tour ploeg te vormen. Johan van Helmond wil ook meehelpen de ploeg op te zetten. Ad appt mij dat Johan veel routekennis heeft en een rit richting Biesbosch/ Werkendam in gedachte heeft. Bedoeling is een rit van 80-90km met een beoogd gemiddelde van 29-30km/h.
OK, …richting Biesbosch/Werkendam. Da’s me toch een beetje te vaag. Ik vind het fijn een geplande route te rijden. En zeker als we met een flinke groep op pad gaan, wil ik zo weinig mogelijk improviseren. Een tijdje terug heeft de trimploeg de Biesbosch aangedaan, dus als ik daar een lusje aanfreubel, komen we wel op 85 km. Ik gebruik daarvoor de website www.plotaroute.com. Een beetje steile leercurve, maar daarna werkt het fantastisch.

Zondagochtend half 9. Piet Verkooijen, die deze keer met de tour meerijdt, overhandigt me de wegkapiteinband. “Kijk eens, wegkapitein bij de Tour/Trim!”.
Even later gaan we met 11 renners op pad. Een mix van trimmers- en tourmensen.
Johan en ik nemen de kop en met 30 km/h rijden we de May uit richting dun Berg. Er staat niet veel wind en dus rijden we ook geregeld boven de 30 km/h. Als we eenmaal bij de Keizersveerse brug aankomen, heeft het dan ook al 2 keer het “rustig aan” geklonken.
De klimmetjes over de bruggen hakken er schijnbaar wel even in. We rijden wat langzamer en bij Hank, Kees vervangt Johan aan kop, nemen we de dijk naar Werkendam. Het is nog redelijk vroeg en dan valt de drukte mee hier op het smalle fietspad. Dat hele stuk is wind tegen en dus aanpoten. Bij Werkendam duiken we de Biesbosch in. Ik ben blij dat Johan mijn rol aan de kop overneemt en de hele rit door de Biesbosch zoek ik de luwte midden in het peloton. Zo kan ik gelijk eens kijken wie we precies allemaal mee hebben. Voor aan de kop wordt er goed gewisseld, maar opeens besef ik dat Peter Korse niet mee is. Ik weet bijna zeker dat hij met ons mee zou rijden. “Die zijn we toch niet ergens verloren?”, vraag ik aan Rachel. “No worries, we zijn niemand verloren”. Achteraf blijkt dat Peter met de trim mee is. Helemaal achteraan rijden ook 2 gasten mee; Dre Zijlmans en Wim de Vos, weet Johan.

Bij Werkendam richting de brug bij Gorinchem rijden we per abuis een stukje over het voetpad. Het is ook een beetje vreemde situatie daar. Het komt allemaal goed en onder de brug door bij Gorinchem volgt Sleeuwijk en daarna een stukje Woudrichem. Een mooi stukje over de dijk van de Boven-Merwede. Nog 1 rotonde en dan is het wind mee terug naar huis. Samen met Jan Lensvelt op kop gaat het net iets over de 30km/h. Ik hoor geen klachten van achter, dus het gaat goed. “Rijden we naar Dussen en dan Peereboom?”, vraagt Jan. “Nee, na Almkerk slaan we af naar Hank. Het stuk Dussen-Peereboom vind ik zo’n saaie bedoening.” Als we eenmaal door Hank rijden, hebben we nog een klein akkefietje met een automobilist die wel erg enthousiast van rechts komt. Het loopt gelukkig goed af, maar geeft wel aan dat het misschien niet altijd handig is om met een groep door de bebouwde kom te rijden als je ook via een polderweg kan.

En dan zijn we alweer bijna thuis. In Raamsdonksveer neemt Anne-Mieke afscheid. Wij laten het fietspad met de stoplichten voor wat het is en duiken over het industrieterrein. Misschien maar beter ook want op het fietspad bij het Dongemond College, waar we weer op moeten, is het een drukte van belang met wandelaars en fietsers.

Niet veel later zijn we weer op de May; 85 km. verder met een lekker tempo. Voor mij is deze opzet zeker geslaagd, al mis ik mijn praatje pot met Wim Rasenberg wel, die we altijd hebben tegen het einde van de rit.

Op naar volgende week voor een nieuwe Trim/Tour rit. Nu nog een beetje een fatsoenlijke naam, want trim/tour…

Rene

Warm trimrondje Blauwe Meer

Code oranje! Het wordt weer erg warm vandaag. We starten vandaag om 8:00 uur met het verzoek aan de verschillende teamleiders om de afstand wat binnen de perken te houden en voor 11:00 uur thuis te zijn. Voor de trimploeg houdt dat in maximaal 80 km. Ik heb een route gemaakt en Piet heeft die wat aangepast naar 67km. We hebben wat te kiezen.

Tegen achten is het alweer een drukte van belang bij het Oude Gemeentehuis; ook de trimploeg is goed vertegenwoordigd. Als snel wordt duidelijk dat de meeste trimmers liever de tocht van 67 km rijden. Even wordt er nagedacht de 12 trimmers op te delen. We missen Gerard V. “Misschien heeft ie een lekke band!?”. Een paar trimmers checken hun Whatsapp, maar geen berichtjes. We gaan dus met z’n 12’en op pad voor een rondje van 67 km richting Blauwe Meer. Een rondje met redelijk wat bossen; lekker in de schaduw.
We rijden de May uit richting Geertruidenberg. Na de Dongecentrale slaan we rechtsaf en steken de Donge over, langs Raamsdonksveer richting Raamsdonk. Hierna volgt een klein stukje Halvezolenpad. De kop draait een lekker tempo en bij Waspik duiken we onder de A59 door en vervolgen onze weg richting de Overdiepse Polder. Rijdend over de dijk maken we van de 1e gelegenheid gebruik om de polder te verlaten en slaan rechtsaf. Nu is het een lange weg naar de Efteling.
Ik rijd ergens halverwege het peletonnetje naast Peter Korse. Opeens een ratelend geluid vanaf zijn achterwiel. “Even stoppen!!” Piet blaast z’n fluit om ook de kop van de groep te waarschuwen. Peter kijkt wat beduusd naar z’n achterwiel en even later heeft ie een gebroken spaak in zijn hand. Andre van Kuijk kijkt het gebeuren zo eens aan. “Ik had toch een dagje eerder moeten komen”, zegt Peter tegen hem. “Breng ‘m straks maar even langs! Komt goed”.
We vervolgen onze weg. Vlak voor Loon op Zand gaan we rechstaf richting Blauwe Meer. Inmiddels rijd ik naast Ruud op kop. Ik probeer het tempo op trimsnelheid te houden, maar er staat weinig wind en het rijdt wel lekker zo. Ruud wil ook wel vooruit en achter ons hoor ik Melissa en Marielle rustig keuvelen; het zal nog wel goed gaan dan. Piet blaast fanatiek op z’n fluit en maant ons echter tot een rustiger tempo. Het zal niet bij deze keer blijven. We ronden het Blauwe Meer en zijn begonnen aan de terugweg. In de schaduw onder de bomen is het heerlijk fietsen. “We missen alleen nog een bakkie koffie met wat appelgebak” zegt Wim. We spreken af dat er binnenkort weer eens een ritje gaat komen met koffiestop.

Inmiddels, wat later in de ochtend wordt het wat drukker op de weg.
Vlakbij de Moer linksaf naar de Coca-Cola en Tesla, dat inmiddels ook een flink fabriekterrein is geworden. Even verderop steken we voor het eerst vandaag het Wilheminakanaal over. Bij Dongen gebruiken we fietsbrug De Oversteek en rijden weer aan de noordkant van het Wilheminakanaal. Bert draait hier af richting huis. Hij was vanmorgen al op de fiets naar Made gereden.
Het fietspad langs het kanaal naar Oosterhout is ruim met 2 richtingverkeer. We zijn er lang niet de enigen en we rijden dus vaker achter dan naast elkaar. Dan komen we het zoveelste ANWB-stelletje tegen, overduidelijk sikkeneurige baby-boomers op elektrische fietsen waarvan ze het vermogen nauwelijks de baas kunnen, met aan weerskanten van het stuur complete badkamerspiegels. We rijden niet letterlijk achter elkaar, maar nog steeds ruim binnen ons baanvak. Het stelletje blijft echter vrolijk naast elkaar fietsen (…tuurlijk) en mevrouw snauwt ons toe: “Ga toch *@#$%^& achter elkaar rijden!!”. We laten het maar voor wat het is. Dat het ook veel anders kan, horen we een stukje verderop waar een tegemoetkomend stel ons vrolijk “goeiemorrege!” toewenst. “Ook goeiemorrege” en een lach.
Voor we het weten, is er Den Hout en het laatste klimmetje van de dag over de A59 bij de May. Officieel verboden door Piet, maar toch negeren enkele renners het bevel (mea culpa) en gaan met een lekker tempo naar boven.
Nu we zo met 12 trimmers een ronde rijden, bekruipt me het gevoel dat er toch wel behoefte is aan een groep(je) tussen de trim en de tour in; iets sneller dan de trim, maar niet het snelle tempo boven de 30 km/h gemiddeld.
Evengoed vandaag weer een heerlijke tocht met een leuke groep.

Rene

Trim? of Tour/Trim? …naar Dordrecht

Zatermiddag zijn Elsbeth en ik tegen drieën thuis van een 5-daagse vakantie op Terschelling. Lekker gefietst en gewandeld aldaar. Wielrennen is daar geen doen, mountainbiken gaat veel beter.
Ik twijfel of ik zondagochtend mee zal rijden, maar heb in de trimploeg-app al half toegezegd dat ik zou meerijden.

Zondagochtend is het prima fietsweer en op m’n gemakkie rijd ik naar Made. Daar aangekomen groeit de groep renners flink aan en het is al snel duidelijk dat de trimploeg weer in 2 groepen van start zal gaan. Ruud heeft de route van Piet en samen met 4 dames gaan we op pad. Ruud en ik voorop. In eerste instantie wilde ik een trim-tempo aanhouden, want ik heb niet goed gezien wie er allemaal mee zijn. Ruud heeft er echter zin in en met een gangetje van tegen de 30 km/h gaan we bij de watertoren rechtsaf de polder in. Op een gegeven moment gaan we links en komen we uit op het fietspad tussen Hooge en Lage Zwaluwe. We rijden de bekende weg richting de Dirk de Botsdijk, maar opeens roept Ruud: Rechtsaf!! We draaien een stukje Lage Zwaluwe in en verderop fietsen we over de Zwaluwsedijk naar de Moerdijkbrug. Het tempo kakt wat in en prompt komen Rachel en Melissa langszij om de kop over te nemen. Dan is het linksaf en direct de steile helling van de Moerdijkbrug op. Daarna met de wind in de rug richting Kop van ’t Land. Ook hier rijden we wat alternatieve kilometers over dubieuze fietspaadjes en kasseienstroken. Ik denk niet dat Piet de route zo voorzien had, maar uiteindelijk komt het pontje bij Kop van ’t Land toch in zicht. We laten het pontje voor wat het is en draaien linksaf richting Dordrecht.
We hebben de wind weer op kop en ieder neemt voor zijn deel het kopwerk over.

In de trimgroep-app heb ik een plaatje van de route gezien en meen me te herinneren dat we dwars door Dordrecht moeten. Na een aantal kilometers op de Zeedijk klinkt het dan ook; Rechtsaf! Hier is wederom wat verwarring omdat het fietspad niet goed staat aangegeven. Tenminste, zo voelt het voor mij en Marielle, die me volgt; de rest rijdt wel goed. Het fietspad in Dordrecht is niet helemaal ideaal, maar na wat omzwermingen komen we weer op bekend terrein. Ik kijk op mijn Garmin: nog geen 50 km. Als we nu terug draaien richting Made wordt het rondje wel erg kort. “Zullen we de Kiltunnel doen?”, roept iemand. “Ja, is goed”. Even later suizen we naar beneden de Kiltunnel in. De heenweg is wind tegen en ik kom tot 57 km/h. Omhoog gaat het wat langzamer en weldra komt Rachel me voorbij alsof ik stil sta. Bovenaan wachten we tot we weer compleet zijn en rijden verder, totdat “…ja hey, …als we zo rijden moeten we over Numansdorp terug hè”, zegt Sharelle, “…maakt mij niet uit verder”. Ik denk dat ze gelijk heeft; de volgende brug over het water is bij Numansdorp. Dat wordt iets teveel van het goede, dus “…ja Marielle, …nog een keer de Kiltunnel!”. Met de wind in de rug kom ik nu op 63 km/h; een record voor mij. In het stuk naar boven staan mijn bovenbenen volledig in de hens; terugschakelen, …nog een keer terug en zo nog een paar keer, maar eerst Rachel en daarna Melissa komen me voorbij. Ruud sluit bovenaan als laatste aan en twijfelt nu of hij er goed aan heeft gedaan om binnenkort in Zuid-Limburg te gaan fietsen: “…toch niet helemaal mijn ding, denk ik” hoor ik ‘m zeggen. We rijden weer richting de Moerdijkbrug.

Vanaf de kant van Dordrecht is het fietspad over de brug nog steeds afgesloten en dus rijden we, legaal, tegen het verkeer in de Moerdijkbrug over. Hier gaan we weer direct naar beneden en volgen dezelfde weg als vanmorgen, maar nu tegengesteld, naar Lage Zwaluwe. De klinkerweg dwars door Lage-Zwaluwe is echter dermate slecht dat we bij de haven direct weer de polder in duiken en over de Amerweg naar Made koersen. Ruud geeft aan dat hij bovenop de dijk wil rijden; “Beverpad op!”, maar vanuit de kop klinkt het resoluut: “Nee!” en dus blijft iedereen beneden. We rijden met een gangetje van ruim boven de 30 km/h richting Made. Gemiddeld zitten we ruim in de 28 km/h.
Hier scheiden onze wegen en gaan zo elk onze weg naar huis.

Het was weer een waar genoegen om op deze zondagochtend met een fijne trim-tour/trim groepje (wat zijn we eigenlijk?) te fietsen.

Rene van Mook

Verjaardagstrimrit

Even na zessen word ik wakker en hoor de regen tegen het raam.
Shit, het zal toch niet?
Gelukkig regent het niet lang, maar ik ben wakker en ga uiteindelijk tegen half 8 naar beneden. Boterhammetje met pindakaas gemaakt, de fiets buiten zetten, bandjes op spanning. Als ik daar van terugkom, rammelt de ringtone van Whatsapp …tadum, …tadum, …tadum. Oh ja, Gerard is vandaag jarig.
Tegen half 9 staan bij het oude gemeentehuis 3 groepen klaar voor de zondagochtendrit. Vertrekken voordat er gezongen is voor Gerard kan natuurlijk niet en uit volle borst klinkt het hiep hiep hoera! Of de gasten van ’t Trefpunt daar zo blij mee zijn…
Dan vertrekt de trimploeg met z’n negenen voor een rondje Stampersgat. Bij de watertoren gaan we rechtsaf de polder in. Direct komt de sportploeg ons voorbij en verdwijnt spoedig uit het zicht. Bij de dijk aan de Amer gaat het linksaf richting Lage Zwaluwe. Hier hebben we de wind op kop; het is stevig doortrappen maar evengoed wel te doen.
Onder de Moerdijkbrug door zijn we al snel in Moerdijk. Dan gaan we dwars over het industrieterrein. Ook hier weer wind tegen, maar we zijn bijna in Klundert en dan zou het allemaal zo’n beetje voor de wind moeten gaan. De kop wordt gewisseld en na Klundert volgt Zwingelspaan en Oude Molen. Ik kom hier niet vaak en dus is het soms even op de borden kijken waar we ongeveer ergens zijn. Dan, in de buurt van Stampersgat een herkenningspunt en even later doemt de koepel van de Basiliek van Oudenbosch op.
Bij Standdaarbuiten volgen we de Mark en komen zo in Zevenbergen aan. Over de brug bij Zwartenberg en op naar de molen bij Etten-Leur.
Gerard had hier een kopje koffie bedacht, maar de molenaar heeft er pas zin in na 11 uur. We wachten geen half uur en rijden toch maar door. Een stukje – door mij aangegeven – alternatieve route volgt over de Haagsedijk; een mooi fietspaadje langs het water richting de Mark. De meer ervaren renners hoor ik nu zeggen dat ze dit stukje nog nooit gereden hebben. Meestal is het andersom en kom ik op plekken waar ik nooit ben geweest.
We rijden een stukje parallel aan de Mark en leggen dan aan bij de Elsakker. Die is wel gewoon open en we zijn zeker niet de enigen die aan de koffie gaan. Gerard trakteert op koffie met appelgebak en uiteraard slagroom.
Na de koffie voelt het gewoon even koud aan maar gelukkig is het niet ver meer. We rijden langs de N285 en bij Wagenberg zwaai ik af. Weer een mooie rit met gezellige kleppers.

20190901 jarige gerard met gebak

Rene