Alle berichten van Rene van Mook

Trim Rondje Gorinchem en meer

Het was even bijten om de regen in te rijden. Buienradar gaf in het Geertruidenbergse aan dat wachten tot de Trim in Geertruidenberg arriveerde de meest droge optie was. Maar dat telt niet echt. Dus toch maar in het wiel van Peter Kuipers naar Made zelf getogen. En gelukkig viel de temperatuur mee.

En ondanks het natte begin viel de temperatuur niet tegen. De groep was niet groot, maar in elk geval was de opkomst groter dan je met dit weer zou verwachten.

Het was niet super aangenaam, maar te doen.

En het levert weer wat goede informatie op over kleding. Er zit veel ervaring in de Trim. En natuurlijk ook bij de andere groepen.

John leidde de weg op basis van zijn eigen uitgewerkte route, waar ik zeker nog even op terug kom.

Naar het noorden, tegen de wind in. Die toch iets minder zacht was dan verwacht.

Via Hank en de buitendijk richting Nieuwendijk en daarna naar Sleeuwijk. En via de westkant over de brug. En hoewel ik het begrijp vind ik het onprettig te zien dat de bomen die daar in de bocht naar de brug omhoog stonden, zijn gekapt. Ze stonden daar al zo lang ik me kan herinneren. Maar ach, sentiment en nostalgie.

Aan de andere kant van de brug stond een flink gezelschap ons op te wachten. Zo leek het althans. En gelukkig hielden wij onze handen aan het stuur. Het was een peloton politieagenten die bezig waren met de Ropa run. We kregen zowaar applaus. Hoewel we dat volgens mij nog niet per se verdiend hadden. Maar een aanmoediging is natuurlijk altijd welkom.

Maar voordat we de brug opgingen sloot een dame op een mountainbike bij ons aan. En natuurlijk leidde dat tot een praatje. Het zit bij de Trim wel goed met de contactuele eigenschappen.

Het bleek de moeder van Sjoerd Bax te zijn die onderweg was van Uppel naar Giessenburg.

Sjoerd Bax is profwielrenner bij UAE. De ontmoeting was aardig. De dame trapte aardig door op die dikke banden en zo blijkt maar weer dat een goed genen-pakket belangrijk kan zijn.

Bij Schelluinen was er nog een prachtige actie van Peter, die even liet zien dat niet alleen MvdP iets spannends kan doen met een fiets en een stoeprand. Het was een knap staaltje stuurmanskunst, ingegeven door een beslagen bril.

Dan via wat dorpjes weer terug over de brug waar wij op onze beurt al fietsend de Ropa renners en fietsers aanmoedigden. Het kon nu met losse handen omdat de agenten niet meer te zien waren.

Opvallend waren nog de haast ongemaaide bermen. Het zorgde tweemaal tot gras en groen tussen de tanden van pionnen (zo noem ik ze nog steeds).

En het meest opmerkelijk was eigenlijk, ik schreef al dat ik erop terug zou komen, dat onze route-man en leider bij de Aakvlaai niet mee het fietspad overging, maar bij de Vissershang direct naar beneden dook.

We waren hem kwijt. En bij Hank aangekomen hebben we hem toch maar even gebeld. Het bleek dat hij zo’n voorsprong had gekregen dat hij de tijd had genomen voor koffie en een krantje en nog wat meer.

Peter en ik zijn onder aan de Bergse brug afgeslagen. Een warme douche en eieren met spek trokken harder aan het stuur dan Made.

Gerard Koops

Trim Oude Molen

Het was enigszins nat en bewolkt. Frisjes als je stilstaat, maar lekker na een minuutje of vijf fietsen.

We startten met vijven. Een dame, vier heren. Sandra, Wim, Peter, Piet en Gerard. Nauwelijks wind.
3 graden erbij en het is perfect fietsweer. Met een tempo dat de trim graag als trimtempo heeft.

De kant van Willemstad op. Dat moet je in de winter niet doen. Desolaat! Maar in het late voorjaar is het een feest. De regen en de zon jagen het groen op naar grote hoogten. Dat in letterlijke zin.
Voor de start merkte iemand nog op dat dit allemaal wel mooi is, maar dat het toch veel werk oplevert. Je blijft de heg snoeien. Ik kon dat beamen, maar omdat ik liever lui dan moe ben, laat ik zelf graag alles aan de natuur over. En ga pas aan de slag na weken van beeld zonder geluid. Anderen zijn gedisciplineerder, dat spreekt.

Dat het een prachtige omgeving is, werd geen onverdeelde mening. Misschien kwam dat door het ontbreken van een zonnetje.

Het was een prettig ritje heen. En pas in Willemstad aangekomen begreep ik waarom de rit “De oude molen” genoemd wordt. Het was me nooit opgevallen. En dat komt waarschijnlijk omdat ik me in het algemeen meer met nieuwe molens bezighoudt. Die ogenschijnlijk willekeurig neergezet worden. Dat maakte deze rit nogmaals duidelijk. Hoewel het landschap waarin wij ons bewogen natuurlijk al decennia eerder was ontdaan van alle romantiek door de ruilverkaveling. Ik ken het in elk geval niet van voor die tijd.

Over de rit heen was verder weinig anders op te merken. Onder de deskundige leiding van Peter, die de weg duidde, kwamen we aan in Willemstad waar we zijn gestopt voor koffie met appelgebak. Uiteraard met slagroom.

Het zijn mijn favoriete momenten. Er ontwikkelen zich altijd gesprekken die de moeite zijn om aan deel te nemen en om gewoon naar te luisteren. We leerden bijvoorbeeld dat er in Wim een kunstenaar schuilt. Overigens gebouwd op het vakmanschap dat hij heeft. We kregen ook nog een lesje anatomie over het vrouwelijk lichaam en fietskleding. Zo blijkt maar weer dat met vrouwen in de groep gesprekken een andere dynamiek ontstaat.

Terug op de fiets is een korte opstartfase noodzakelijk. Afgekoeld en enigszins stram werd de terugtocht gestart. Er werd gedisciplineerd gefietst, maar nog steeds met een goed gesprek hier en daar.

Er was wat verwarring over welke kant te kiezen tussen Klundert en Zevenbergen. Maar alles verder in goed overleg. Tussen Langeweg en Wagenberg maakte de verbazing over de zonnepanelen op het fietspad, waar we niet overheen konden fietsen, in elk geval mij wat narrig. Voor een moment dan. Meer waren we bezig dat het tweemaal oversteken van de toch wel gevaarlijke weg een vervelend gevolg was van het onderhoud aan het fietspad.

Ietwat navrant kwam een waterig zonnetje door op het laatste stukje.

Het was een leuke tocht, en altijd met leuke mensen.

Gerard Koops

Rivierentocht

Op pinksterzaterdag stond voor de Sport de rivierentocht op het program. Een WTC klassieker en normaliter goed voor rond de 130km. Daags van te voren wees Ad op de app nog aan dat er onderweg nog een mooie koffiestop was, dus ik was in de veronderstelling dat Ad het toch weer eens zou wagen om met de sport mee te gaan. Bij de start bleek Ad toch met de tour mee te gaan. Ook Chris was tot dit besluit gekomen ivm met een pijnlijke knie. Hopelijk kan je snel weer pijnloos je knie belasten Chris.

Met slechts 4 sporters moesten we het uiteindelijk doen. Martien, Jan-Willem en John. Laatst genoemde pakte direct vanuit de May een kopbeurt die hij pas na Waspik zou afstaan. In mijn ogen was dit zo ongeveer zijn langste kopbeurt in de recente geschiedenis van de Sport.
Toen John op de Overdiepsekade eindelijk plaats maakt voor anderen, die het ook wel eens leuk vinden om op kop te rijden, kwamen JW en ik vanuit de staart van het peloton naar voren en namen de kop over. De snelheid werd wat opgevoerd zo reden we richting Heusden.
Onderweg vertelde JW dat Martien vorig jaar bij deze tocht hard was gevallen, gelukkig gebeurde dit deze rit. Voor zover ik weet hebben we eigenlijk niet echt gevaarlijke situaties meegemaakt, met uitzondering van een momentje op een dijk na Well. Een bejaarde bestuurder was woest dat hij op het smalle dijkweggetje er niet langs kon. Bij het passeren was er direct vergelding, doordat hij mij (ik reed voorop) de berm in duwde. Deëscalerend als ik ben….. heb ik maar niet gereageerd, dat is toch altijd de beste oplossing in het verkeer.
Kort hierop reed ik lek. De plug die ik een tijdje geleden in mijn voorband had gepropt, schoot eruit en mijn band was direct plat. Een binnenbandje dus maar. Ik deed succesvol mijn uiterste best om niet onder te komen zitten van de latex. Maar toen het binnenbandje ook lek bleek te zijn, moest ik die er ook weer uithalen en verwisselen met een andere binnenband. Toen werd het dus wel een bende. Maar goed, het nieuwe binnenbandje zat erin en we konden verder.
De zon was inmiddels door de mist gekomen en we fietsten over mooie wegen zo naar Zaltbommel en vervolgens naar Zuilichem. Iedereen pakte dit keer relatief lange kopbeurten. Ook John was regelmatig op kop te zien. Hij reed weer erg goed en dat nog wel op een aluminium fiets.
Voorbij Zuilichem werd er even gestopt voor een plaspauze, waarna we weer snel doorgefietst werd.
Bij Andel aangekomen dirigeerde Martien ons langs de provinciale wegen van Altena richting Hank. Ik besefte toen dat we de korte route reden. Prima voor mij want ik had die middag nog een kinderfeestje waar ik nog van alles voor moest doen. Na een koffiestop bij Fort Lunet waren we dan ook allemaal na 110km op tijd thuis.

Thais

Maasvlakterit 2024

Een terugkerend onderwerp tijdens de ledenvergaderingen is het organiseren van een tocht die wat verder weg is en die redelijkerwijs niet vanuit Made gereden kan worden.

Gevoed door nostalgische verlangens van weleer, worden door leden met lange lidmaatschappen vaak memorabele ritten aangehaald. Als ik al die verhalen dan zo hoor, dan verbaas ik me dat er destijds kennelijk meerdere malen per jaar een rit werd georganiseerd waaraan veel leden deelnamen en er met de auto naar een locatie elders werd gereden om daar vervolgens een rit te rijden.
Een korte blik in oude clubbladen nuanceert dit beeld enigszins. De frequentie lijkt beperkt te zijn tot ongeveer 1 maal per jaar, dus dat valt allemaal wel mee.

De hunkering naar de memorabele ritten blijft echter, zo merk ik tijdens de ledenvergaderingen. Vorige jaar heeft Johan van Helmond dan ook een Maasvlakterit gepland die helaas werd geannuleerd door erg slecht weer en slechts 5 aanmeldingen. Zonde, want Johan had er veel moeite in gestoken.
In 2024 wilden Gerben en ik dit gewoon opnieuw proberen en zo geschiedde. Belangrijk hiervan was dat het een tocht moest zijn waar iedereen aan kon deelnemen en zodoende werden 4 afstanden gemaakt en middels een advice aangekondigd in de app. We waren benieuwd hoeveel aanmeldingen het zouden zijn. In totaal waren het er 12. Allemaal vanuit de tour of sport.
Hoewel ik licht teleurgesteld was in de hoeveel aanmeldingen, besefte ik ook dat het op een zaterdag was en dat deze rit ook een beetje een testcase was. Kop op dus en naar de Maasvlakte!

Om 07.30 uur werd met 2 busjes en 2 auto’s vertrokken richting Brielle, alwaar de tocht vanaf de parkeerplaats bij de Albert Heijn zou starten. Dit gebeurde ook en om stipt 08.30 uur konden we beginnen aan de tocht. Met 10 man reden we weg en na 2km kwamen we er achter dat Erik en Gerben er niet bij waren. Kennelijk waren zij nog bezig met het oppompen van hun banden en waren ze door iedereen over het hoofd gezien bij het vertrek. Samen met Flip reed ik snel terug om de 2 mannen op te halen, Flip’s dieselmotor was echter nog koud en hij was er al helemaal klaar mee bij terugkomst.
Toen de twee verloren schapen zich bij de rest voegde, reden we via Zwarte Waal in zuidoostelijke richting. Wat iedereen opviel was dat je op de snelweg nog heel veel petrochemische industrie zag, maar dat je tijdens het fietsen eigenlijk midden in de natuur was en dat er van industrie niets te merken was.
Na Zwarte Waal werd er via de Bernisse (rivier) koers gezet naar Zuidland. We waren nu vlakbij Nieuw-Beijerland, een dorp dat zo’n beetje het noordwestelijk territorium van de WTC begrenst. Nu waren we net aan de andere kant van het water en het was er prachtig, zeker vanwege het goede weer, maar ook door de wind in de rug en de reeën en konijnen die te zien waren. Over de zeedijk langs de Haringvliet werd vervolgens richting Hellevoetsluis gereden. Arion reed samen met mij op kop en had het erg goed naar zijn zin. Hij vertelde hele goede benen te hebben en als het aan hem lag, dan kon het nog wel sneller. Dit hebben we niet gedaan, maar Arion zette zijn goede doen wel voort in de rest van de rit. Na de rit wist hij zelfs te vertellen dat hij nog wel een lusje wilde rijden…. Goed gereden Arion.

De route ging vervolgens richting de duinen die een opmaat vormden voor de Maasvlakte. Dit was nogal een stuk met veel draaien en keren. Niet iedereen is hiervoor in de wieg gelegd, daarom werd er wat rustiger aan gedaan zodat iedereen weer bij kon trekken. De vele bochten waren me tijdens de voorverkenning enkele weken geleden niet echt opgevallen, maar nu als wegkapitein, was ik eigenlijk constant aan het roepen waar we heen moesten. Het maakte het er ook niet makkelijker op dat maar een enkeling de route in hun fietscomputer hadden gezet.
Met een kort stukje door de duinen, waar we ook nog wat koeien moesten ontwijken, kwamen we bij de Maasvlakte aan. Een enorm kunstmatig stuk land, dat sinds 2008 uit de zee naar boven was gerezen.
John voelde zich direct thuis, als man van de logistiek had hij hier in het verleden ook nog veel gewerkt. En als (destijds) motorfanaat kon hij regelmatig op de verlaten wegen zijn motor eens goed uitlaten. Nee, die John zat er goed bij en hij was regelmatig op kop te zien.
Bij het oprijden van de Maasvlakte zijn direct de enorme zeeschepen te zien. Ik snap nu waarom Martien zich niet opgegeven had voor de rit, want hij zou waarschijnlijk een acuut minderwaardigheidscomplex oplopen bij het zien van die gigantische schepen.
Hoewel je het niet zo zeggen, had de Maasvlakte een behoorlijk klimmetje in petto voor ons. Met 48 hoogtemeters is de Col du Van Ganzewinkel de hoogste berg van Zuid-Holland. In de aanloop naar de berg toe, voelde ik echter nattigheid. Het bleek dat mijn voorband lek was en dat het latex tegen mijn benen spoot. Gelukkig sloot het gat vrij snel, waarna ik met een paar barretjes minder nog prima verder kon en mijn stand in het KOL klassement gehandhaafd blijft.

De weg rondom de Maasvlakte loopt bijna helemaal rond en je weet zeker dat je zowel wind mee als wind tegen gaat krijgen. Aangezien het altijd waait daar, fietsen we op het einde van de Maasvlakte tegen de harde wind in. Ideaal om te gaan draaien, wat dan ook gebeurde. Het draaien ging op zich goed, maar Ad en Anneke draaiden niet mee. Anneke wilde wel, maar vond het wat te nerveus. Volgende keer zal ze luisteren naar de tip van Flip, die vertelde dat je veel energie bespaart als je gewoon in het treintje mee draait. Maar top gereden hoor Anneke, het is niet voor niets dat je weer heel wat bekertjes bij elkaar hebt gereden op Strava.
Ad zat ook veel achteraan. Waar hij volgens Arion bij de tour bijna altijd vooraan is te vinden, was hier nu geen sprake van. Waarom weet ik niet, maar hij vertelde wel dat hij een leuke rit had gereden. Gelukkig maar.
Tijdens het draaien, liet ik me even naar achter zakken om te kijken hoe iedereen erbij zat. Ik zag Gerard langskomen; geen centje pijn behalve bij de viaductjes. Fijn dat hij zijn conditie een beetje terug heeft gevonden. Flip was weer helemaal gerecupereerd van de sprint bij de start van de rit. Arion reed met een lach op zijn gezicht en draaide lekker mee. John die draaide op zijn eigen manier. Chris genoot dat het een keer niet zo lomp hard ging. Johan draaide telkens net voor de kop terug, maar superfijn dat je toch meegegaan bent. Erik had ook geen centje pijn en genoot van zijn de omgeving waar zijn roots liggen. Tot slot zag ik Kevin ook nog langskomen. De man met de trage cadans die hij moeiteloos lijkt vol te houden. Ook Kevin was in goede stemming, zeker toen hij hoorde dat het koffiepunt eraan zat te komen
Op het uiterste puntje van de Maasvlakte stopten we namelijk bij de Smikkel-Inn, een klein koffietentje/cafetaria welke zichzelf “het balkon van Europa” noemt. Onder het genot van koffie met een punt genoten we dan ook vanaf het balkon van een prachtig uitzicht.
Na de koffie moesten we nog een kilometer of 25 terugfietsen naar Brielle. Het grootste deel van de rit zat er echter op en dus kwam er wat meer ruimte voor wat spielerei. Door de bochtige duinenpaden ging het lekker vlot en als je je vaart behield dan waren de duinklimmetjes ook zonder veel moeite prima te doen.
Op het langste duinklimmetje van de dag werd even goed doorgetrokken en hierbij verscheen Gerben als eerste boven. Sterke benen die gast en tja, die fiets rijdt ook eigenlijk het lekkerst vanaf 35km/h…

In Brielle aangekomen, werd nog even nagepraat over de mooie rit en waren er al direct voorstellen om dit volgend jaar weer te organiseren. Wellicht weer op de Maasvlakte, maar elders was ook prima. Ik hoorde al langskomen: De Veluwe, Groene Hart, Zeeuws Vlaanderen, De Peel…. nou ja, opties genoeg in ieder geval.
Terugkijkend op de rit moet ik zeggen dat het erg leuk is geweest en dat het een eigenlijk gewoon een ontspannen dagje uit is geweest, waar iedereen van genoot. Dit is dan ook de herinnering die ik mee wil nemen als ik over 15 jaar weer hieraan terugdenk. Vervuld van nostalgie zal ik vertellen dat we vroeger nog wel eens naar de Maasvlakte waren geweest, dat waren mooie ritten.

De geschiedenis wordt nu gemaakt, dus maak er wat moois van, dat is fijn voor later!

Thais

De tour naar Den Bosch en via Bokhoven retour

Vanmorgen toen ik opstond, was het al wat warmer dan gisteren. Van gisteren kan ik zeggen het was in één woord TOP. Fijne rit en een dito groep en alles goed georganiseerd. Diegene die thuis zijn gebleven, hebben echt wat gemist. Maar genoeg hier over.
Na de rit over de Maasvlakte had ik nog een aardig programma. Eerst naar mijn jongste zus die 72 werd. Vervolgens gaan zingen voor de mis en in tegenstelling tot de verwachting was het best druk. Hierna nog even op kraamvisite in Gemonde bij een neef van ons. Daarna op tijd naar bed, want Europapa lag uit de race en eigenlijk is het songfestival alleen een gebeurtenis voor gekke fratsen.
Nu naar vandaag; Moederdag 2024.
Mijn eigen moeder is al ruim 30 jaar geleden gaan hemelen en mijn schoonmoeder heeft 3 jaar geleden het aardse voor het hemelse omgeruild dus wat dat betreft weinig Moederdag gedoe vandaag.
Als ik om half zeven op de app kijk, zie ik dat Leo gelezen heeft dat ik goed acht uur bij hem zal zijn.
Bij aankomst op het Ruiterspoor bewonder ik zijn bouwwerk voor de overkapping van zijn terras. Hierna zetten we koers naar de May via de bromtol en dan achter de kassen door rijden we naar het oude gemeentehuis. In de Adelstraat worden we ingehaald door Wim ten Haaf, die heeft er duidelijk zin in.
Op het plein staat al een grote groep te wachten, ook de hoffotograaf van de WTC is al aanwezig om e.e.a. op de gevoelige plaat vast te leggen. Gisteren hebben we in de auto bij Ad besproken dat we vandaag de route Den Bosch van Flip zullen rijden. Aanvankelijk dachten we nog in de richting van Goirle maar gezien de windrichting leek dit ons beter.
De sport rijdt vandaag niet dus aan boord van het tourpeloton vele sterke kleppers.
We vertrekken richting Den Hout, hier gaan we over de Heuvel West, die rijdt dus voor geen meter maar Flip en Ad geven meteen flink gas en de rest stuitert er achteraan. Al snel rijden we via de Bergsebaan en de Vraggelsebaan naar Oosterhout om vandaar via de Hoevestraat en de Ketenbaan naar Steenovensebaan verder te stuiteren naar het Halve Maantje. Ondertussen wordt de kop overgenomen door sterke mannen als Leo, Wim, Ad van Dongen, Frans en Adrie. Op de Vierbunderweg in Dongen waag ik me ook een keertje op kop omdat gisteren de beentjes niet tegenvielen. Op het moment dat ik met Wim over de klinkers hier rij, hoor ik LEK. Het blijkt Ad van Dongen te zijn die dit jaar al een keertje meer pech heeft gehad. Ik krijg nu de gelegenheid een foto te trekken en om te zien wie er allemaal ons peloton vullen.

Dat bestaat vandaag uit: Ad en Anneke van Wesel, Peter B, Ad v D, Wim ten H, John H, Frans M, Flip, Erik & Leo S, Peter V, Adrie V en de burgemeester van Ter Aalst.
Nadat de band vervangen is, rijden we verder over de klinkers naar de Moer.

Om van daar via Loon op Zand en de rustende Jager richting Cromvoirt te rijden. Op het terras bij de Rustende jager is het nu nog rustig maar ik denk dat het er de komende uren weer drukte van jewelste zal zijn. In Cromvoirt wil Leo nog een stukje gaan gravelen maar hij ziet er gelukkig toch tijdig vanaf.
Op de Deuterstraat als o.a. John H. op kop zit, dreigt men de zaak op de kant te zetten als we met wat zijwind richting de Moerputten rijden. Gelukkig schuift alles weer in elkaar en kan ik eindelijk even een banaantje eten. In Den Bosch draaien we richting Vlijmen. Hierbij passeren we het woonwagenkamp aan de Vlijmenseweg. Een aantal van de renners kijken de ogen uit naar de “woonwagens” die daar gebouwd zijn. Complete villa’s en ergens zal er wel een wiel in de tuin liggen denk ik dan.
We gaan over de A59 en rijden Vlijmen binnen. Hier nemen we zoals gebruikelijk het slechte klinker weggetje buiten om. Om vervolgens richting Bokhoven te rijden. Eenmaal op een fijne asfaltweg gaat het gas er weer op en is het zaak om je goed te positioneren. Het valt mij nu op dat Peter V. wel erg gemakkelijk rijdt terwijl hij niet de fiets met ondersteuning bij heeft. Waar het aan ligt weet ik niet maar hij rijdt als een jonge god. Bij Herpt kiezen we weer eerst een hobbelig fietspad om hierna het betere fietspad richting Oud Heusden te nemen. Via Heesbeen gaat de rit verder richting Doeveren om vervolgens de lekkere bochtjes bij het gemaal te nemen. Leo oppert om plat door de bochten te gaan zoals hij met zijn motor op het circuit doet. Echter wij hebben wel trappers die het feest kunnen verstoren, ik probeer in ieder geval niet met de knieën het wegdek te raken. Gejaagd door de wind gaat het richting de Overdiepse polder.

Hier maak ik nog een selfie met John voor het verslag.
Als we via de brug over het Oude Maasje richting Waspik rijden, probeer ik een gat dicht te rijden maar merk dan dat de beentjes toch niet meer zo goed zijn als ik dacht. Ze lopen nog een keertje goed vol als we de A59 opnieuw oversteken. We rijden langs Raamsdonk en onder het Veer door richting Geertruidenberg naar de Centraleweg als ik achter in de groep plots iets hoor. Het blijkt Flip te zijn die een ketting van mindere kwaliteit in tweeën trapt. Nadat het euvel verholpen is, heeft Leo een tip. Hij heeft van zijn motorfiets nog wel een reserveketting voor Flip.
Op de brug over de Amertak is het goed dat er wat fietsers op de pad zitten, hierdoor kom ik niet meer in het rood. Bij de Meerpalen ontbindt de groep zich grotendeels. Ad van Dongen rijdt nog mee tot den Hespelaar zodat hij ook aan de 100 km komt. Met Peter B. en Leo rijden we nu verder over de Heuvel en nemen nu de asfaltzijde van den Heuvel.
Na die twee goede dag gezegd te hebben rijd ik met 110 km op de Garmin Ter Aalst op.
Lekker gefietst en nu verder toch nog een beetje Moederdag vieren.

Groeten van Ter Aalst.

Bramentocht

Thijs heeft voor de Sport voor het seizoen een mooie kalender gemaakt. Daarbij kon iedereen aangeven welke ritten je erop wilde hebben en of je wegkapitein kan zijn voor die rit. Bij het delen van de kalender stond er bij mij de Bramentocht op. Die had ik niet ingediend, maar Thijs had mij deze ritnaam gegund na een duikeling met de gravelbike in een bramenstruik ergens in het voorjaar. Eens kijken wat ik daarmee kan?

Het werd een rondje Leerdam, hier zijn toch de meeste kansen op bramen dacht ik.
In de ochtend vroeg ik mij al af of we wel zo’n grote groep zouden gaan hebben deze keer.
Dat bleek gelukkig wel het geval en zo gingen we op pad met Erik, Flip, Chris, Twan, Curt, John en ik.
Een mooie groep en leuk dat Curt op zo’n doordeweekse feestdag ook meekan. Alhoewel feestdag, Hemelvaart…ik moest het even opzoeken, maar we vieren dat Jezus is opgestegen naar zijn vader in de hemel. Verder waag ik mij maar niet aan dit onderwerp aangezien er al genoeg onrust is in de wereld momenteel.

Waarbij het in het begin nog wat fris was, bleek de temperatuur buiten en van binnen aardig snel op te lopen. Nog voordat we in Geertruidenberg waren, had ik mijn armstukken toch maar afgedaan. Sowieso een zonnige dag om gebruinde fietsarmen te krijgen. Ik had mijzelf voorgenomen dat het voor iedereen een prettige rit moest worden om te fietsen. Als leider ben je dan geneigd om veel op kop te rijden (ik in ieder geval wel) om ervoor te zorgen dat de snelheid constant blijft. John was zo blij dat alles op zijn fiets bleef zitten en dat hij geen lekke banden had. Dat betaalde zich uit in kopbeurten van een hogere snelheid. Demonstratief liet Flip een gat vallen. Gelukkig kijkt John regelmatig achterom (niet) om te zien of iedereen er nog aanzit. John nam wat gas terug en zo reden we verder over onze route. Net over de brug bij Hank passeerden wij de Trim, waarbij Piet zijn fluitje ervoor zorgde dat we hen moeiteloos konden passeren.
Via de Peerenboom richting de Korn bij Dussen waar het mooi fietsen is over de dijk. Hoewel de snelheid er best goed in zat, kreeg ik terug dat iedereen het goed vol kan houden zo. Twan en Chris pakten lange kopbeurten. Twan zei later nog tegen mij; “Het is net alsof dit veel makkelijker is nu je de week ervoor ruim 200 kilometers hebt gefietst”. Dat gevoel had ik ook, maar wist eveneens dat we nog maar net begonnen waren.

Via Sleeuwijk gingen we bij Gorinchem de brug over. Wederom in een constant tempo zag ik dat iedereen kon volgen. Curt is een sterke fietser, maar met bruggen kan hij nog wel eens terugzakken, dat was nu zeker niet het geval. Iedereen pakte zijn kopbeurten en sommigen wat langer dan anderen. Dat zorgt ervoor dat we allemaal lekker fietsen en elkaar helpen waar nodig.

Nadat ik ons door Gorinchem had geleid, reden we langs het water richting Arkel. Het blijft een mooie omgeving en het is heerlijk fietsen met het uitzicht langs de Linge.
Nauwelijks wind en waarbij ik vooraf dacht dat dit wel de periode van bloei van de bloesem zou zijn, waren we daar achteraf gezien te laat voor. Over de brug bij Leerdam had ik een weg meteen rechts gezien, maar die is niet voor herhaling vatbaar. Een smal fietspad met die snelheden, dat is niet zo handig.
Door Heukelum rij ik op kop aangezien ik zelf ook even goed moest kijken om weer terug te komen langs de Linge. Dat ging allemaal goed en John en Twan voerden het tempo nog eens op.
Het was mooi dat Flip er ook bij was. Die had de week ervoor net zoveel gewandeld als de meeste mensen in een paar maanden doen. Heel knap en geweldig fit is hij nog altijd. Erik reed goed mee en zorgde ervoor dat hij zeker zijn kopbeurten pakte, maar niet te lang. Dat vindt iedereen prima en zo is hij heerlijk meegegaan heel de route.

De bedoeling was om terug te gaan via Schelluinen, maar er was een brug afgesloten die deze route blokkeerde. Bij mijn vraag aan Chris om via een andere brug verderop naar de route te fietsen, werd niet heel enthousiast gereageerd door hem. Liever hetzelfde stuk even terug dan een nog langere route..haha. Chris is zo sterk, maar deze paar kilometers extra zag hij niet zitten. Later begreep ik waarom en dat was omdat hij het nog druk had met bierdrinken in Den Hout op de Jaarmarkt (dat was ook leuk, al lag deze finish iets te ver…).
Richting Werkendam gingen we kop over kop langs de Merwede. We hadden nog zo’n 25 kilometer te gaan. Uiteraard riep Twan: “Er zit toch nog wel een koffie in leider?” Uiteraard, ik ben daar eveneens een groot fan van. Aangekomen in Raamsdonksveer zijn we gestopt bij Fort Lunet. Nu zijn wij bij D’n Elsakker al een bekend gezicht, maar hier worden we ook al herkend. Het vertrouwen in ons is zo groot dat we zelf de slagroom op de appeltaart mochten doen. Nadat Erik eerst nog heel subtiel wat slagroom erop deed, vonden we dat toch echt te weinig en werd de appeltaart bedolven onder de slagroom. We praatten over van alles en de conclusie was dat we lekker gefietst hadden.

Om alle calorieën meteen maar weer te verbranden, zette Twan aan voor het laatste stuk. John sloeg af naar zijn hometown en ik trok nog een keer de brug omhoog. Het was een stuk lastiger fietsen, want het fietspad was gevuld met mensen die van het mooie weer aan het genieten waren. Dat hebben wij zeker ook gedaan en we kijken terug op weer een mooie rit samen. Op naar huis en daarna naar de Jaarmarkt, waar ik nog veel wtc-leden ben tegengekomen.

Gerben

A beautiful day – sport

15.30 uur Terras De Droom, Langeweg
Voldaan van een ritje Renesse zaten we heerlijk in het zonnetje, onder het genot van een koud pilsje te genieten van onze tocht. Wat was het toch een mooie dag geweest en wat hebben we toch lekker gereden, zonder ook maar een centje pijn…
Napratend over de rit passeerden alle 225 kilometers nog eens de revue. Waar de prachtige fietsdag eindigde in majeur, begon 9 uur eerder toch wat meer in mineur.

07.00 uur Bakkerij Curt vd Westen, Made
Vandaag zou de monsterrit van 225 kilometer naar Renesse op het programma staan. Vorig jaar werd deze voor het eerst toegevoegd aan de kalender en waren wij gastvrij onthaald op het vakantiehuisje bij Curt in Renesse.
De rit zou de analen in gaan als “de hel van Renesse” omdat de 4 deelnemers destijds (ik, Twan, John en Martien) zo dood als een pier terug op de May kwamen van 120 kilometer wind tegen vanuit Renesse. Martien zat er toen nog het beste bij, want hij had vanaf Steenbergen onafgebroken op kop gereden. De andere konden alleen nog maar in zijn wiel hangen.
In het licht van die tocht, waren de verwachtingen voor de tweede editie van deze tocht gespannen.
Een voor een druppelde de deelnemers vanaf 07.00 uur binnen in de bakkerij van Curt, welke wederom zorgde voor goed gevulde magen in de vorm van krentenbollen, worstenbrood en koffie.
Hoewel gespannen, liep alles nog goed, totdat John de bakkerij betrad. Hij was zwaar geërgerd omdat zijn achterderailleur niet goed schakelde, dit ten gevolge van een naaktslak die tussen zijn derailleur was gekomen.
Het “micro adjusten” van de derailleur via de Shimano-app was wat lastig en uiteindelijk concludeerde John dat hij niet mee kon, want dan zou zijn cassette en ketting in Renesse al volledig versleten zijn.
Wat jammer John!

Iets later dan verwacht, moesten we dus noodgedwongen met 1 mannetje minder naar Renesse. Wie overbleven waren Martien, Gerben, Twan, Jan-Willem, Sander, Chris, Curt en gastrijder Kevin. Laatstgenoemde wilde graag een keer een +200km rit doen.
Direct na het wegrijden, hadden we al de eerste lekke band. Twan was de pechvogel.
We concludeerden dat het met een langzaam opdrogende weg, echt lekke-banden-weer was. Dit bleek ook zo, want nog voor Zevenbergen had Chris ook lek. Nu zakte de moed bij velen toch wel in de schoenen. Het was zwaar bewolkt en de weg bleek voorlopig niet op te drogen. Daarnaast was het koud en lagen nog zeker 215 harde kilometer op ons te wachten. Voor degene die dachten rond 14.30 uur thuis te zijn, kwam het besef dat we dit in ieder geval niet gingen redden. De rit inkorten was ook geen optie, Curt had immers allerlei lekkers klaar staan voor ons in Renesse. Dan toch maar doorfietsen.
Met twee lekke banden in 15 minuten tijd rijd je toch niet zo gerust meer rond. Tegen beter weten in probeerden we de grootste steentjes een beetje te ontwijken (terwijl de kleine steentje vaak de oorzaak zijn) en reden we op eieren richting het westen. Het leek goed te gaan en voorbij de Volkeraksluizen kwamen we als groep in een lekker tempo te zitten. Alles ging vlotjes en op de weg waren langzaamaan droge plekken zichtbaar. De weg lag nu open voor een fijne rit, totdat bij Oude-Tonge het noodlot weer toesloeg en Gerben zich meldde met een lekke voorband. De gloednieuwe strakke GP5000 werkte ook nog eens niet mee en na ruim 10 minuten klooien, konden we pas weer verder.
Via de zuidkust van Goeree-Overflakkee reden we vervolgens over een asfaltweg bezaaid met grind afkomstig van de naast gelegen zeedijk. Dit moest wel weer een lekke band opleveren. Het was inmiddels angstig stil geworden in de groep en iedereen dacht aan de altijd loerende lekke banden. Ikzelf besloot om hard op kop te gaan rijden om zodoende een beetje over de steentje heen te vliegen. Dit met het gevolg dat de steentjes extra hard tegen mijn fiets aankwamen en vrijwel zeker zorgde voor steenslag. Tja, wat moest ik nou doen; lek, steenslag, lek, steenslag. Het was kiezen uit twee kwaden, dus trapte ik maar stug door en aan het einde van de dijk, bleek niemand lek te hebben. Of ik ook daadwerkelijk steenslag heb geleden, weet ik niet, ik heb nog niet durven kijken.

De weg was inmiddels grotendeels droog geworden en we naderden Renesse nu met rasse schreden.
De angst voor lekke banden was inmiddels minder geworden en we reden op (naar mijn mening) het mooiste deel van de route; de Brouwersdam. Het vrije uitzicht op de volle zee was prachtig en het strand lag er strak bij. Ik heb helaas geen foto kunnen maken, want de snelheid was inmiddels flink omhoog gegaan. De roombolussen waren immers niet ver weg meer en iedereen lustte wel wat.
We namen een alternatieve route naar Curt’s huis en vanuit achter riep Curt met zijn, toch wel zachte zwoele en een tikkeltje hese stem, de weg. Dit werd niet door iedereen goed gehoord en daarom besloot Curt maar op kop te gaan rijden en ons naar zijn huisje te loodsen.
Bij Curt aangekomen, werden we door Heidi onthaald met koffie, roombolussen, krentenbollen en worstenbrood. Het was heerlijk en erg gezellig ook.
Het vakantiehuis van Curt lag er weer prachtig bij, maar de 2 hectare gras in de achtertuin was helemaal dood. Heidi vertelde dat het gazon voor Curt heilig was en dat hij uit pure wanhoop het ultimum remedium had aan moeten wenden in de strijd tegen de Engerlingen in zijn gras. Gewoon platspuiten met RoundUp. Volgend jaar komen we je gezonde diepgroene gazon weer bewonderen Curt!

Tijdens de koffie begon ik het toch weer behoorlijk koud te krijgen, want de zon was nog niet echt goed doorgebroken. Bij vertrek besloot ik dus maar om even flink hard op kop te gaan rijden zodat ik snel weer warm was. Dit lukte goed en op Neetlje Jans zat iedereen in het rood en had iedereen het bloedheet omdat daar nu plots de zon volle bak doorbrak.

Voor Chris hoefde het allemaal niet zo snel. Hij vond 32/33 km/h kruissnelheid voldoende. De rest niet, we hadden immers windje mee en dus was een kruissnelheid van 37/38 km/h wel te rechtvaardigen.
Na Neeltje Jans waren we Curt kwijt. Hij bleek eraf te liggen zonder dat we het wisten. Bij de oprit van de Zeelandbrug troffen we elkaar weer en werd afscheid genomen van Curt, welke niet mee terugreed naar de May.
Bij de Zeelandbrug was Chris blij dat hij even op adem kon komen. Hij was wel klaar met dat “lomp hardrijden” en broertje Sander moest het ontgelden als directe “aanstichter” van dit kwaad. Hoewel Sander inderdaad lomp hard kan rijden, was hij niet de enige. Ook Gerben (die weer superbenen had), JW en ikzelf stuwden het tempo regelmatig op als dit in dreigde te zakken.
Martien hield zich op de vlakte en spaarde zichzelf. Hij wist dat hij de laatste 60 kilometer weer alleen op kop zou moeten fietsen. Dit gebeurde echter niet en toen het besef hiervan indaalde pakte Martien zijn shine en reed hij lange beurten op kop. In zijn wiel zag ik dat hij ook lek had, gezien het latex dat tegen zijn frame aangespat was. Maar hij hoefde geen band te wisselen, dus hij scoort niet op het KOL-klassement.

Na zo’n 160km naderden we de Philipsdam. In een stug tempo reden we deze omhoog en daar werd met een zijwind doorgereden naar St Philipsland. Chris moest echter stoppen. Vanaf een afstand zagen we hem over zijn fiets hangen, alsof hij moest overgeven. Dit bleek gelukkig mee te vallen. Hij was zijn benen aan het rekken en strekken, want de kramp had toegeslagen. Gelukkig hoefden we nog maar 60km naar Made, dus dat was bemoedigend.
Gastrijder Kevin fietste nog lekker mee. Hij kon het tempo goed volgen en hij reed ook lekker in het peloton. Jammer dat hij geen WTC-shirtje droeg.
De zon was inmiddels volledig doorgebroken en we concludeerden meermaals dat het toch wel een heerlijk ritje was geworden. De vermoeidheid begon nu echter wel toe te slaan. Niet zozeer de benen, maar de houding op de fiets begon zijn tol te eisen. Kont, schouders, nek en rug waren steeds meer voelbaar, maar het einde naderde en dit gaf moed.
Met een mooi tempo werden de laatste kilometers afgelegd en zo eindigde we dus in majeur op het terras in Langeweg.

Het was een prachtige rit die hopelijk volgend jaar op de kalender terugkomt. Hopelijk is John er dan ook bij, want hij werd door ons allen erg gemist.
Bedankt allemaal en in het bijzonder Curt & Heidi voor de gastvrijheid en al het lekkers!

Thais

WTC Sport “De Philipsdam”

Vorig jaar was deze rit voor mij de eerste rit met de sport, toen was het het nog onbekend maakt onbemind ! Nu wist ik wel beter met de aantrekkende zuidenwind is deze dam gewoon een beest, hij vreet je helemaal op! Maar gelukkig ben ik niet alleen.
Aan de start staan de gebr. Weda, Jan-Willem, John, Twan, Martien en ikke.
Dat Martien er was, hadden we niet verwacht, het is tenslotte zijn werkweek, schijnbaar had hij nog een halve snipperdag over.
Ook Twan was er. Hij was gisterenavond laat uit het vliegtuig gestapt, volgens mij zat hij nu nog steeds in het vliegtuig, die had de snelheid er in zeg!
Welcome on board !
Thijs werd gemist, ten eerste voor het schrijven van het verslag en in mindere mate om zijn sterke rijden.
Bij vertrek ging al vrij snel het tempo omhoog, Martien zou bij Zwingelspaan afdraaien richting zijn schuit.
Bij het industrieterrein van Moerdijk kreeg John het even zwaar. Hij zag zijn werkplek en het zweet brak em uit; hoge hartslag, te warm gekleed, druppel aan de neus. Nee John, daar hoef je vandaag niet heen…morgen pas! Op zaterdag niet fietsen en winkelen in Antwerpen is niks voor John.
Ook ikke had het al zwaar en dacht even met John een sport 2 rondje over Zevenbergen te maken.
Maar de anderen beloofden ons er doorheen te sleuren.
Het afscheid nemen van Martien viel niet mee, na een Swingeltraantje te hebben weggeveegd gingen we weer stug door.
Tot de Haringvliet stond de wind niet eens zo slecht. “Heerlijk touren zo” zei Chris.
Inderdaad even ervan genieten maar……
Bij de Volkerak het tunneltje in, vanaf daar de wind links schuin op kop, tijd om rond te draaien, iedereen deed mee en dat ging machtig mooi.
Toch voelde ik wel een bepaalde spanning bij iedereen want de dam lag op ons te wachten met de wind vol tegen. Ook zag ik de donkere wolken in de verte, letterlijk en figuurlijk al hangen.
Even Oude-Tonge door dan de aanloop naar het beest.

In de aanloop gaat het al een beetje omhoog en daar moet je al goed zitten en in mijn geval energie sparen, dat lukt mij niet. We draaien de dam op; “nu gaat het gebeuren” zegt Jan-Willem.
Daar we eerder zo compact ronddraaiden, was het nu ieder voor zich.
Wind is als een platte berg en een berg oprijden doe je het beste in je eigen tempo. En de verschillen in sterkte worden nu duidelijk zichtbaar. Ik zat alleen achteraan, mooi overzicht op iedereen, wel zo makkelijk voor het verslag schrijven. Ik kan wel voorop gaan fietsen maar dan weet je niet wat er achter je gebeurd.
JW en Sander gingen voorop, Twan eigenlijk ook maar zakte af om mij bij te staan. Dat was van korte duur en hij zat zo weer bij het groepje vooraan, zo’n 100mtr daarachter zaten Chris en John.
Ik zag Chris nu toch ook een aërodynamische houding aannemen.
De groep was compleet op hol en uit elkaar geslagen. Zo’n dam, de wind en water om je heen haalt bij iedereen het oerinstinct naar boven.
Aan het einde van de dam werd gewacht en iedereen heeft van de mooie vergezichten genoten. En we gingen weer als groep verder.
Ja hoor, “Schiet mij maar lek!”; voor het tunneltje bij het Gastelsveer heeft John weer lek. Hij heeft zijn zinnen gezet op de KOLtrui. Bij de nieuwe tubles achterband spoot de latex eruit. Het gat was te groot voor een prop dus binnenband er in en weer gaan. De boosheid en de daarbij gevormde adrenaline maakte John wel sterk en ook hij sleurde weer op kop.
De wind stond nu redelijk in ons voordeel en we namen de kortste weg naar Langeweg. De koffie en appeltaart lokten ons daarheen. Twan gooide er regelmatig een oneliner uit, hij is dan ook de tegeltjes spreuken man vd sport.
Aangekomen in Langeweg bleek het etablissement nog dicht te zijn. Wat nu.… ging de gedroomde koffie en taart aan ons voorbij? Nee toch?
Maar opeens ging daar “De droom” toch exclusief voor ons open. Mooie zaak, goede bediening en volle glazen! Het dametje zei ” Jullie zullen wel dorst hebben” en gaf ons toch grote glazen cola en sinas…of droomde ik nu?
Bij de gezellige nazit bleek toch wel dat meerderen het zwaar hadden gehad. Sander was voor de nazit al naar huis. Bij de Drie Hoefijzersweg gingen Twan en Chris richting huis. En in Made nam ik afscheid van John en Jan-Willem.

Oh, nog 1 tegeltje;
“Op souplesse naar Renesse”

Bedankt voor weer een toprit.

Erik

Rondje Rijsbergen

Het was na het gure weer van verleden week vandaag een meevaller. Wat betere temperaturen en een streepje zon. Kortom weer eens tijd dat mijn beentjes weer eens wat licht zagen. Lekker toch!! Aangekomen in Made eerst Gerard van Oerle nog gefeliciteerd met zijn koninklijke onderscheiding.
Dik verdiend Gerard voor al het werk wat jij voor de gemeenschap en zeker voor Den Hout hebt gedaan.
Intussen is het mooi half negen geworden en dus was het tijd dat de Trimploeg vertrok.
Na het avontuur bij de tourgroep was Bert weer terug op het oude trimnest en ook Antoon was er weer na een periode van flinke ziekte. En gelijk op kop die gasten, net of ze nooit zijn weggeweest.
Het zou een dag worden met flink wind happen maar dat maakt voor Bert en Antoon niks uit.
In een flink tempo ging het rap naar Dorst waar de oude rijksweg overgestoken moest worden.
Johan dacht dat het hier voor het stoplicht een bedevaartsoord was, want hij kuste gelijk de grond.
Dat alles gelukkig zonder veel erg. Nog een weesgegroetje gemurmeld en de weg vervolgd.
Molenschot waren we zo doorheen om ter hoogte van Ulvenhout de Mark over te steken.
Langs de Galderse Meren ging het naar Rijsbergen. In Rijsbergen probeerde iemand die een hekel aan fietsers heeft, een aanslag op ons te plegen. Gelukkig mislukt. Peter Kuijpers zei nog dat hij misschien wel onderweg was naar de kerk. Nou zei ik tegen Peter; Ik denk dat de Heer zulke mensen niet in zijn huis wil hebben. En daar was Peter het roerend mee eens.
Met nu eindelijk de wind in ons voordeel ging het langs het Hellegat richting het mooie Liesbos om nog een stukje van Prinsenbeek mee te nemen. Hier moet ook nog ergens de Verloren Hoek liggen, maar daar is al zo vaak naar gezocht dus dat hebben wij zo maar gelaten. Niet aan ons besteed om te gaan zoeken. Den Elsakker kwam in zicht en een verrassing wachtte op ons. John en Peter wilden ons trakteren i.v.m. hun verjaardagen op een bakske en een puntje met. Ja, dan kan een zondag echt niet meer kapot.
Fietsen en appelgebak, mooier kan het niet. Gezellig met z’n allen aan een tafel en genieten van het lekkere puntje en het bakske. Na John en Peter bedankt te hebben en Piet het tafereel met zijn prententrekker heeft vastgelegd, vertrokken wij voor het laatste stukske naar de May. Was weer een mooie dag om te fietsen en tijd om ook vanmiddag naar het fietsen te kijken.

Met vriendelijke groet,
Geraldinho

De Mol – sport

Ook dit jaar werd er traditie getrouw weer naar De Mol gereden, alwaar onder elkaar gestreden kon worden voor de eer de snelste te zijn. Ik kan me herinneren dat tot enkele jaren geleden de winnaar ook daadwerkelijk een prijs kreeg in de vorm van een fles bier of iets dergelijks.
Kennelijk heeft het bestuur gevonden dat de eer voldoende is en heeft het tot nu toe hierbij gehouden.
Ergens denk ik dat een soort van wisselbeker toch op z’n plaats zou zijn, zeker gezien de diversiteit in winnaars de afgelopen jaren. Volgens mij heeft niemand de laatste jaren een op eenvolgend jaar gewonnen.
Nou ja, misschien wordt dit een voorstel bij de jaarvergadering, daar horen dergelijke beslissingen immers gemaakt te worden, met uitzondering van het opkomstklassement dan…

Wat ook een traditie is, is dat we als gehele WTC naar De Mol rijden. Met name door het slechte weer was het dit keer niet de meest ideale rit. De grote verschillen tussen de renners waren met dit weer extra duidelijk zichtbaar, waardoor er toch behoorlijk veel stemmen in het peloton waren die zeiden dat we dit volgende jaar niet meer moeten doen. Ook het rijden in een grote groep ansich is voor velen al een bezwaar om deze fietsparade jaarlijks af te leggen. Dit vanwege de vergrote kans op ongelukken.
Ondanks de bezwaren die er zijn, vind ik het zelf toch altijd leuk om een eindje met z’n allen te rijden. Je bent toch 1 WTC en gedurende het jaar leef je toch een beetje in je eigen groepsbubbel, waardoor je dit wel eens vergeet. Ook het gevaar is voor mij niet zo’n bezwaar. Er wordt immers nooit hard gefietst of over ongeschikte routes gereden, dus die enkele keer dat we met elkaar kunnen rijden, laten we die nou koesteren.

De rit naar De Mol ging zoals vermeld nogal moeizaam door het slechte weer. Daarnaast was het ook nog erg koud. Bij Lage Zwaluwe voelde ik mijn handen al niet meer, dit terwijl ik toch vrij dikke handschoenen droeg.
Gedurende de rit probeerde ik een beetje de wind af te vangen voor anderen, en probeerde ik ook een beetje een inspanning te krijgen waardoor ik het wat warmer kreeg. Voor mij reed Anneke, normaliter is zij altijd erg goed in het zuinig rijden, nu reed ze echter zelf vol in de wind. Mooi om te zien.
Om toch maar wat meer inspanningwarmte op te doen ging ik maar naast Piet rijden en vroeg hem om even samen volle bak te gaan rijden. Piet sloeg dit aanbod af, want z’n fiets ging maar tot 40km/h… nou ja, dat was voor mij snel genoeg geweest met die wind tegen… volgende keer dan Piet?

Aangekomen bij De Mol moest er natuurlijk gestreden worden voor de eer.
Mijn tactiek is eigenlijk altijd om gewoon vol gas te gaan en te kijken waar het schip strandt.
In de eerste ronde nam Martien direct de kop, maar ik had al snel door dat dit niet hard genoeg ging, daarom nam ik hem al voor de heuvel over en ben gewoon hard door gaan rijden. Toen ik de tweede ronde in ging zag ik dat er nog 1 iemand met een blauwe fiets in mijn wiel zat. Ik was er van overtuigd dat dit Martien moest zijn, maar toen ik nogmaals keek was het Jan-Willem. De rest was niet meer in zicht. Ons tempo daalde dan ook direct en al pratende legden we de tweede ronde verder af. Ik zag toen dat JW een GoPro camera achter op zijn zadel had gemonteerd waarmee hij opnamen maakte van de strijd. Ik heb begrepen van JW dat hij hier een mooie samenvatting van gaat monteren, binnenkort te zien op Eurosport Replay.
Aan het einde van de tweede ronde hadden Gerben en Martien kans gezien om tot op enkele meters terug te keren in ons kielzog. Ik liet dit echter niet toe en demarreerde. Vanaf de laatste bocht zette ik maar weer vol aan om zo als winnaar de streep over te kunnen rijden, dit lukte echter niet, want er was er 1 sneller. JW sprintte in mijn wiel mee en vrat me op voor ik de streep bereikt had.
Proficiat Jan-Willem!

Na de appeltaart gingen we als sportgroep verder. Flip was onze wegkapitein, maar hij was dit ook voor de tour en die hadden hem meer nodig dan wij, zodoende ging Flip met de tour mee. Voordat we vertrokken, had JW nog lek. Sommigen verdachten mijn entourage van deze sabotage actie, maar het bleek gewoon een scherp steentje te zijn. JW weet hier wel raad mee, dus werd er een plug in geramd en konden we verder. JW staat nu iig in het KOL klassement niet meer op 0, net als Flip die we ook tot de sportgroep mogen rekenen.
De rit richting De May voerde over Giessenburg. Getergd dat ik was, voerde ik de snelheid fors op. Voor Gerben werd dit wat te veel. Hij had een zeldzaam moment van zwakte en gaf aan dat hij zich al een week helemaal niet lekker voelde. Gerben wilde nu dat we hem gewoon lieten rijden en dat we zelf door zouden rijden, dit botste natuurlijk met de “samen uit, samen thuis” gedachte. Gerben was echter volhardend in zijn wens en er dreigde nu een onoplosbaar conflict te ontstaan. Echter, op een door God geven moment verscheen daar de parel onder de fietsgroepen, de Tour, onder leiding van Flip!
Zij wilde Gerben graag onder hun vleugels meenemen naar Den Hout, en zo geschiedde.

Na Raamsdonksveer, waar John afhaakte, werd het pas echt leuk, aldus Martien. We konden namelijk nu met drieën volle bak rijden. De brug over de Amertak lag in het verschiet en iedereen weet dat dit altijd een alles of niets moment is. JW lag op kop en ramde met 40+ de brug op. Ik was nu degene die het bord leeg at en boven op de brug lag JW er nu af. Dan heb ik mijn wraak toch nog gehad.

Mooie rit gehad mannen en Jan-Willem nogmaals proficiat.

Thais