Tag archieven: Bockenreyder

Verslag van de Bockenreyder tours

De langste dag

Nadat ik al een aantal keertjes de D. K. D. (de korste dag) heb gereden was er vanuit de club de uitdaging om de langste dag te rijden. Aanvankelijk was de opdracht om 300 km te rijden op één dag. Echter de voorspelde hitte deed deze gedachte veranderen in 200 km. Eigenlijk is het in mijn beleving de bedoeling om op de langste dag vanaf dat het ’s ochtends licht is te rijden totdat de zon ’s avonds ondergaat. Maar dit moet wellicht nog bij ieder wat indalen. Afgelopen week had al een paar keer zenuwachtig op de site van de WTC gekeken voor de deelnemers aan de 300 km en later dus de 200 km. Maar het lijstje werd steeds korter, dus de nacht voor de rit toch slecht geslapen ondanks de nodige biertjes de avond ervoor bij het afscheid van een oud collega. Het wekkertje maakt mij al voor vijf uur wakker, ik moet namelijk rustig opstaan en de krant lezen voor ik vertrek. Ruim voor kwart voor zeven sta ik op het plein bij het oude gemeentehuis. Het is dan ook al tegen zevenen als de anderen arriveren Mar10, John, Thijs en Chris zullen de hele rit meerijden terwijl Twan ons een stuk zal vergezellen. Hij heeft namelijk de opdracht om ’s middags zijn dochter op Schiphol op te halen. Die is een half jaartje naar Spanje geweest in het kader van de opleiding.
Bij het vertrek richting Geertruidenberg – Raamsdonksveer is er meteen een lekker tempo we vertrekken dan ook wind af. In de Overdiepse polder wacht ons de eerste verrassing de weg door het overloopgebied is afgesloten. We keren om en gaan via de oversteek bij het Labbegat naar Waalwijk hier nemen we de oversteek over de A59 om op het industrie terrein te komen. De slechte weg zorgt ervoor dat bij Chris de ketting eraf springt. Maar hij heeft het euvel snel weer verholpen. Zo vroeg op de dag is het nog goed te doen en ieder heeft extra grote bidons genomen zodat drinken mogelijk niet het probleem gaat worden. Als we terug op het parcours zitten nemen we de afslag centrum Doeveren. Van daaruit gaat het richting Heusden, Herpt en vervolgens naar Bokhoven waar we via de sluis rijden. Juist voor Heusden nemen we afscheid van Twan die alleen terug moet naar Terheijden. Nog immer gaat het voorspoedig en kan ik mijn beurtjes nog doen. We rijden boven ‘‘s-Hertogenbosch richting Oud Empel en Empel tot voorbij Gewande volgen we de Maas. Hierna gaan we in de richting van Nuland. Als we daar rijden vertel Thijs dat het daar allemaal begonnen is met de Toekan van familie van der Valk. Middels een tunneltje gaan we onder de A59 door.

Bij Vinkeloord gaan we een stukje over een gravel pad dit zorgt in de groep voor enige verwarring, niet iedereen ziet het als een echte weg. We rijden nu als het ware om Berlicum heen en in Poeldonk volgen we de Zuid-Willemsvaart. Als Mar10 naast me rijdt vraag ik of hij als deskundige deze vaarweg kent. Hij antwoordt dat zijn schip te groot is voor deze waterweg en weet te vertellen dat zijn opa vroeger 14 dagen over een enkele reis naar Maastricht deed met 150 ton en dat zijn in 18 uur 1500 ton over dezelfde afstand vervoeren. We verlaten het jaagpad en gaan richting Schijndel, hier gaat het fout. Mar10 kan niet zien aan welke zijde van de weg we moeten rijden. Misschien is het ook al de warmte die ons minder fris maakt. Ik stel voor om door de berm over te steken om niet te veel om te hoeven rijden. Ik kom nu in een gebied waar ik enigszins bekend ben draaien via Geelders naar Liempde waar vroeger altijd de landbouwtentoonstelling was van daaruit gaan we via het Boxtels industrieterrein naar Lennisheuvel. De weg gaat vandaar langs de Kampina af naar Spoordonk. Onder tussen heb ik mijn Garmin al aan het infuus gehangen. Normaal gaat mijn accu maar drie uurtjes mee als hij moet navigeren. De weg gaat verder over de A58 naar Oostelbeers, Middelbeers en Westelbeers. Hierna gaan we via een van de acht Zaligheden Netersel naar de Lage Mierden vanwaar we het Landgoed de Utrecht bereiken. Mijn voeten doen al aardig zeer als we het andere peloton van de WTC bijna bij dun Bockenreyder tegemoet rijden. Die hebben de stop er al opzitten. Als ik op mijn teller kijk zie 145 km van huis uit. Bij dun Bockenreyder zoeken we een plaatsje uit de zon. De nodige cola’s en uitsmijters worden besteld en we staan versteld van de snelheid waarmee e.e.a. geserveerd wordt. Thijs kan zo penningmeester worden van ons groepje hij speelt voor de bank van lening wat we later weer goed kunnen maken met een TIKKIE. De bidons worden weer bijgevuld voordat we aan het tweede stuk van de rit beginnen. Ik zeg de mannen toe dat ik niet meer op kop kom. Ik heb dit het laatste stuk ook al minder gedaan. We vertrekken via de golfbaan Midden Brabant en maken dan enkele slingeringen via Baarschot, Haghorst en Biest-Houtakker naar Goirle. We komen via Riel en de Boerenbaan in Gilze waar we op het parcours van de wielerronde van Gilze komen. We mogen het parcours niet op ook al zeggen we dat we dat we onze rugnummers zijn kwijtgeraakt. John roept nu dat als hij ergens ijs ziet wil stoppen voor een ijsje. Als we bij de Hooikar voorbij komen rijdt hij dan ook bijna binnen met zijn fiets. Tevens viert John zijn verjaardag nogmaals en trakteert op een lekker en zeer welkom bakje ijs. Na deze prettige stop komen we weer op het parcours in Gilze waar we door over de stoep te rijden de weg vervolgen naar Klein Zwitserland. Vandaar gaan we over bekende wegen naar Oosterhout. Bij Vrachelen draaien we af naar de kanaaldijk. Chris wil via het Terheijdenspoor naar huis en ik kan bij de Ter Aalsterbrug naar huis afdraaien. Ik bedank mijn kompanen dat ik met hen deze rit mocht rijden. Als thuis kom neem ik een lekkere koude en verdiende cola en zie dat ik 214 km op mijn totaal kan bijschrijven. Hierna volgt een herstel biertje in de vorm van een Zundert 10.

Gerard van Ter Aalst.

Bockenreyder 124km

300km! …300km!! Dat zou de ultieme uitdaging worden in 2022 en ik had al zo’n beetje half toegezegd om de uitdaging aan te gaan. Gekkenwerk natuurlijk. Met een gemiddelde van 30km/h zit je al tien uur op de fiets. Hoe kan ik onder dit waanzinnige idee vandaan kruipen?
Tijdens de najaarsledenvergadering wordt het idee aan de leden gepresenteerd en het idee valt redelijk goed. Het nadeel van die ene rit van 300km is dat mogelijk niet elke WTC’er mee wil/kan. Dan oppert Ad een idee om 3 verschillende routes te maken van 100 – 200 en 300km met een centraal middenpunt: de Bockenreyder. Een ieder kan zijn eigen uitdaging en tempo kiezen en we proberen het zo uit te stippelen dat we rond lunchtijd bij de Bockenreyder zijn. Samen met Peter Broeders maak ik de 300km rit; de 200km rit is een afgekorte versie. De 100km rit maak ik zelf en is iets lastiger omdat de Bockenreyder nu eenmaal al op 50km fietsen ligt en we geen route willen van +150km.
Als B-day dan nadert, hoop je 1 ding; dat het weer een beetje meewerkt. Bij WeerOnline en het KNMI kijk je 14 dagen vooruit en dat ziet er niet verkeerd uit. Sterker; het kon wel eens erg warm worden tot boven de 30ºC. In overleg met de inschrijvers voor de rit, besluiten we de 300km rit te annuleren. Er wordt onderling nog wat geschoven; die wil terug naar 200km of toch maar 100. Uiteindelijk is er een groep van 12 voor de 100km en een groep van 5 voor de 200km.

100km groep Bockenreyder

Om 8:00 uur komen de laatste renners voor ons kluppie aangereden en kunnen we vertrekken. Uit alle gelederen van de WTC hebben we renners in ons midden. We spreken af om het rustig aan te doen, we hebben immers ook tijd genoeg als we pas tegen 11 uur bij de Bockenreyder hoeven te zijn. De wind blaast op de heenweg in ons voordeel en ik merk wel dat het tempo toch iets hoger ligt dan verwacht. Op zich geen probleem, iedereen kan goed mee.
Vlak voor Alphen draaien we linksaf en vanaf hier is het voor mij onbekend terrein. Ik hoor in het peloton dat “…we altijd anders reden”. Er leiden meer wegen naar Rome, denk ik dan maar en zo kom je ook nog eens op andere plekken en fietspaden. Dat die fietspaden niet altijd even goed berijdbaar zijn merken we bij Riel. Peter Broeders had me hier al wel een beetje voor gewaarschuwd, maar ach het is een klein stukkie. In Riel gaan we rechstaf richting Goirle waar we dwars doorheen denderen. Net na Goirle moeten we nog een stukje gravelen als we een kilometerje of wat op een stuk onverhard rijden; nou ja… het is geen asfalt, maar het is goed te doen. In gedachte sla ik dat stukje op zodat ik naderhand de route kan aanpassen.
Vervolgens gaat het naar Biest-Houtakker en bij Haghorst rijden we even verkeerd. Een gedeelte wil terug rijden en de route oppakken, maar de kop is al te ver door. We sluiten weer aan en worden gerustgesteld dat we de route straks echt wel weer ergens oppakken. Ik ben er niet helemaal gerust op todat Hans ons inderdaad weer naar de uitgestippelde route leidt. We passeren Middelbeers (oost en west) en even later herken ik het fietspad waar Elsbeth en ik een aantal weken terug gelopen hebben. Het is smal en we rijden achter elkaar. Gelukkig komen we geen tegenliggers tegen. We rijden langs de vennen Het Goor en De Flaes en passeren de uitkijktoren over deze vennen. Hier hangt de denkbeeldige flamme rouge.
Tegen 11 uur zijn we bij de Bockenreyder, het is hier eigenlijk nog best opvallend rustig. Ik had een voller terras verwacht. Wellicht dat de voorspelde hitte veel mensen thuis hield. In ieder geval hebben we direct een plekkie in de schaduw gevonden. Geen uitsmijters, maar koffie en appelgebak of kersenvlaai. We kijken nog uit naar de 200km-rijders die nu toch echt ook in de buurt moeten zijn. Na 3 kwartiertjes stappen we op de fiets en net als we de Bockenreyder verlaten komen we de 200km-renners tegen.
Voor ons begint de weg terug, nu met de wind op kop. De warmte is nu echt goed merkbaar ondanks dat we veel in de bossen rijden. We rijden door Esbeek en Hilvarenbeek. Voorbij Riel wijken we nogmaals wat van de route af, maar uiteindelijk zie ik weer wat bekendere plaatsen als Hulten – Rijen voorbij komen. Ik zit er inmiddels al aardig doorheen. De warmte, de kilometers, de kersenvlaai …ik weet niet of dat nu allemaal zo’n goede combinatie is, maar we moeten verder. Johan stelt voor om een afzakkertje te pakken bij de Brabander als we terug zijn. dat vooruitzicht houd me overeind en even over half 2 rijden we Made weer binnen. Ook bij de Brabander kunnen we lekker in de shaduw zitten. Een pilsje durf ik nu niet te pakken, maar een colaatje kan altijd wel.

Uitrusten bij Brabander

Heel erg op het gemakkie rijd ik naar huis. Ik stap onder de verkoelende douche. Ik heb jeuk aan mijn beide armen en in mijn knieholte; …processierups?? …hebben we dat ook weer?!